Dag 3 – Medan – De eclectische parel van Noord-Sumatra

Zoals eerder gezegd, bestaat Indonesië uit meer dan 17.000 eilanden, de ene  al wat groter dan de andere. Sommige verdienen de titel van groene edelstenen, anderen zijn niet meer dan een onooglijke, naamloze, saaie rots in het water.
Het eerste eiland dat we aandoen, Sumatra, valt in elk geval in de eerste categorie. Meer zelfs, het is het op vijf na grootste eiland ter wereld, na Groenland, Nieuw Guinea, Borneo, Madagaskar en Baffin Island. Het grootste eiland en maar een weekje om het te verkennen. Dat wordt aanpoten...
Onze verkenning starten we in de hoofdstad Medan. Niet alleen de hoofdstad van Sumatra maar ook van de provincie Noord-Sumatra. Ooit was Medan een moerassig vorstendom, nu is het een drukke en nog steeds uitdijende stad met één van de sterkst groeiende economieën van Indonesië. De basis hiervoor werd gelegd toen de Nederlanders in 1872 het plaatselijke sultanaat Deli hadden onderworpen aan hun gezag en het ontwikkelde tot een handelscentrum.
En ook al ligt die Nederlandse kolonisatie ver achter ons, toch zijn er nog tastbare herinneringen aan die Nederlandse aanwezigheid. Zo is er het oude postkantoor dat onder de Nederlandse overheersing opende in 1911 en tot vandaag nog steeds dienst doet.
Indonesië is vandaag het grootste islamland ter wereld. Die islam werd door kooplieden zover terug als de dertiende eeuw meegebracht.
Ons eerste bezoek betreft de Grote Moskee, gebouwd tussen 1906 en 1909 en deel uitmakend van het Maimoon Paleizencomplex.
De Grote Moskee is nog steeds de grootste van de stad en het initiële ontwerp kwam van de Nederlander Theodoor van Erp, een naam om te onthouden want die komen we nog een keertje tegen. Zijn taak werd overgenomen door een andere Nederlander, J.A. Tingdeman. Het bestaat uit een vierhoekig ontwerp met vleugels gericht naar de vier windstreken. De architect haalde zijn inspiratie uit Marokko, Europa en het Midden-Oosten. De materialen kwamen uit verschillende landen : het marmer uit Italië, China en Duitsland, het glas-in-lood werd geïmporteerd uit Frankrijk.


Het Maimoon paleis zelf werd gebouwd einde 19de eeuw in opdracht van de toenmalige sultan en ook hiervoor tekende Theodoor van Erp de plannen. In totaal telt het paleis dertig kamers in overwegend Rococo-stijl maar die ook een eclectisch randje vertonen met Maleisische, Islamitische en Indische architecturale elementen en die gedecoreerd werden met Spaanse en Italiaanse meubels. Het paleis doet nu vooral dienst als museum al wordt het nog deels bewoond door nakomelingen van de sultan die nog steeds lokaal een morele invloed hebben.


Naast de Sumatranen zijn de Chinezen de grootste bevolkingsgroep van Sumatra. Procentueel vormen ze zelfs in heel Indonesië de grootste etnische groep Chinezen. Velen spreken nog steeds hun moedertaal en houden hun cultuur en godsdienst in ere. De Gunung Timur Temple is hiervan een goed voorbeeld. Deze Chinese tempel is de grootste van heel Medan en werd gebouwd in 1962. Hij vormt sinds vele jaren  het hart van de Chinese gemeenschap. Toch zijn het niet enkel de taoïstische Chinezen die hier hun geloof belijden, maar ook boeddhistische Chinezen. We worden verwelkomd door honderden felrode lampionnen en twee leeuwen die zich aan beide zijden van de ingang bevinden. De geur van wierook komt ons bij binnenkomst tegemoet. Kaarsjes branden op de altaren voor de godenbeelden rechts, links zowel als in het midden.


Buiten de tempel zorgen reuzegrote wierookstokken voor een bijzondere sfeer.
Om zowat alle belangrijkste godsdiensten in Medan en bij uitbreiding ook Sumatra in de kijker te zetten, sluiten we de dag af met een bezoek aan de katholieke kerk Maria Annai Velangkanni. Al moet ik toch eerst twee keer slikken voordat ik hier een katholieke kerk in herken. De vorm van de kerk doet mij eerder denken aan een hindoetempel die uit verschillende verdiepingen bestaat met een eerste twee waar de feitelijke kerk gevestigd is. Ook binnen in de gewijde ruimte, sta ik met open mond te kijken. Waar bij ons het kerkelijk interieur nogal saai, grijs en donker te noemen is, is dit hier compleet tegenovergesteld. De vrolijke kleurtjes overheersen en er werd niet op een verfpotje met een opvallend heftige tint  gekeken. Beelden, plafondschilderingen, je vindt het hier allemaal. Bovendien hebben deze uitbundige versieringen ook een Chinees en Batak (oorspronkelijke bevolkingsgroep) randje.


Wat een interessante eerste dag op de Sumatra.  De drie belangrijke godsdiensten die hier beleden worden, kregen vandaag al een mooie invulling. Drie topplaatsen om ons in te leven in het dagelijkse leven van de Sumatranen en bij uitbreiding de Indonesiërs.
Wat heeft Indonesië nog meer voor ons in petto?

Reacties