Dag 13 – De Bromo vulkaan – Een unieke creatie

Het is nog midden in de nacht, wat zeg ik, het is net na middernacht als de wake-up call komt. Vroeg opstaan of nog niet echt geslapen hebben, het is maar hoe je het bekijkt. Maar we hebben het er voor over, want er staat ons één van de mooiste dagen hier in Indonesië te wachten.
Buiten heerst nog de nacht als we in de jeep stappen maar toch zien we in het licht van de koplampen een witte sluier hangen : mist. Niet iets waar we op zitten te wachten maar het is nog lang  voordat we ons doel bereiken.
Dat doel is de Bromo, zeker niet op zich de meeste spectaculairste vulkaan en met zijn net geen 2.400  meter zou hij bijna aan een minderwaardigheidscomplex kunnen lijden met al die reuzen in zijn nabijheid. Neen, het is niet de hoogte, maar wel de ligging en ontstaan die de Bromo zo bijzonder maakt. Want de Bromo is eigenlijk het product van explosieve vulkanische activiteit honderdduizenden jaren geleden. Toen barste de Tengger nog een laatste keer uit waardoor enkel een krater overbleef. In deze gigantische krater ontwikkelde zich in de loop der tijd nog een aantal zogenaamde caldeira’s, waarvan de Bromo er één is. Van deze vijf caldeira’s is de Bromo de actiefste.
Terwijl we op weg zijn naar de top, blijven we hopen op het optrekken van de mist. Immers mist komt op de lagere hoogtes wel meer voor, zolang het boven helder is, komt het goed. Maar ook aangekomen op het uitkijkpunt, worden we nog steeds omhuld in die witte sluier.
De tijd strijkt voorbij waarbij het soms lijkt alsof de ons omliggende bomen zich eindelijk vertonen, maar een minuut later daagt het dat dit enkel hersenspinsels zijn. Als het daglicht de donkerte van de nacht verdrijft, is de mist duidelijk nog niet verdwenen. Weg is onze kans op dat iconische zicht op de Tengger krater met daarin het resultaat van één van Moeder Natuur’s betere ideeën : de vijf vulkaankegels, elk met een hoogte tussen de driehonderd en vierhonderd meter in een op zich gigantische uitgestorven krater.
Maar de Bromo is nog niet van ons vanaf. Want de Bromo mag dan wel de actiefste vulkaan hier zijn, hij is ook de populairste om te beklimmen omdat dit voor een gezond iemand goed te doen is.
Om de kraterwand van de Bromo te bereiken stappen we, eens aangekomen aan de grote Tenggerkraterwand, dapper door wat nu een grote zee van zand is, maar ooit de krater van de Tengger was.
Een mooie wandeling door een oppervlakte van tien op negen kilometer. Een wandeling die schijnbaar oneindig duurt en waarbij de rokende Bromo zich ons als een visje voorhoudt.
Er is een alternatief voor de wandeling en dat is te paard de zandvlakte oversteken, maar ik hou wel van een echte voetexpeditie naar de krater. Dan staat ons nog de klim naar de kraterwand te wachten. Geen schuivende tocht naar boven over zand, steen en puin meer voor ons. Neen, enkele jaren geleden werd een trap met tweehonderdvijftig treden aangelegd die de klim naar boven iets veiliger maakt. Die trap maakt het natuurlijk wat makkelijker, maar het zijn nog steeds tweehonderdvijftig treden. Hoe hoger je klimt, des te meer komt de geur van zwavel je tegemoet. Op de smalle kraterrichel toegekomen, is de geur zo overweldigend dat enkel mijn meegebracht mondmasker soelaas brengt. Starend in de diepte, waaruit continue witte rook ten hemel stijgt, hoor ik enkel het borrelen en rommelen van de vulkaan. De kracht van Moeder Natuur hoor, zie en voel je hier beter dan waar ook. Moeder Natuur die op elk moment haar toorn kan loslaten via haar creatie. Moeder Natuur die vandaag besliste dat we het iconische uitzicht op de Tengger vlakte niet te zien zouden krijgen, Moeder Natuur die besliste dat we vandaag veilig de kraterwand konden bereiken. Moeder Natuur die bovenal duidelijk maakte via rook, borrelen en grommelen dat zij nog steeds de baas is. Moeder Natuur die daardoor ons nederig liet kijken naar haar unieke schepping. De Bromo bewijst ons vandaag dat het niet om de grootste moet gaan, niet om de sterkste en ook niet om de slimste. De Bromo deed ons beseffen dat het allemaal om uniekheid draait. Geen één vulkaan is dezelfde, net zoals wij mensen. Het is die uniekheid in de natuur én in de mensheid die we moeten omarmen. Want samen als individuen vormen wij de grootste unieke creatie van Moeder Natuur.
 


Reacties