Dag 1 - De vader van het toerisme

Karna Shakya wordt wel eens de vader van het toerisme in Nepal genoemd. Een mooie titel, zonder meer een groot eerbetoon, maar zijn toekomstige erfenis is veel meer dan dat. Hij is bovendien ook natuurbeschermer, hoteleigenaar, schrijver en filantroop. Het begon allemaal na zijn studies in de bosbouw toen hij begon te werken voor de overheid op het departement natuurbehoud. In die functie was hij van onschatbare waarde in het invoeren van wetgeving om de prachtige natuur van Nepal voor toekomstige generaties te beschermen en te bewaren. Bovendien was hij de drijvende kracht in de oprichting van Nepals eerste nationale park. Maar daar bleef het niet bij. Hij scherpte ook het bewustzijn aan van de Nepalezen zelf inzake het essentiële belang  van natuurbehoud.
Daarnaast schreef hij heel wat boeken over zijn reizen doorheen Nepal tijdens zijn tijd bij de overheid. Toen de Maoïstische beweging aan een opgang bezig was in het land, vluchtten heel wat zakenlui en ondernemers naar het buitenland uit angst voor hun zakelijke toekomst en kozen eieren voor hun geld. Karna bleef echter zijn land trouw en bleef in Nepal. Door zijn boeken inspireerde hij heel wat jonge emigranten om terug te keren naar Nepal om hier een zaak op te starten en werd zo een rolmodel voor de jeugd.
In 1998 startte hij het project ‘ Visit Nepal Year 1998’, met als doel Nepal in de kijker te zetten als toeristische bestemming. Het werd een daverend succes. Niet alleen werden sportievelingen en toeristen aangetrokken om het land te bezoeken, hij inspireerde ook vele anderen om te investeren in het toerisme. Dat resulteerde in de opening van zo’n honderd hotels. Niet alleen anderen investeerden in hotels, hijzelf had ondertussen met zijn broer ook een hotel geopend in Thamel (een wijk in Kathmandu) dat meteen zeer succesvol was. Zo verdiende hij zijn titel als vader van het toerisme en daar is geen woord van overdreven.
Maar niet alles was peis en vree in zijn leven. Bij zowel zijn geliefde echtgenote als bij één van zijn dochters werd kanker vastgesteld. In die tijd bestonden er geen kankerbehandelingen in Nepal en moest er uitgeweken worden naar het buitenland, in dit geval Thailand, waar zowel zijn echtgenote als dochter uiteindelijk aan de ziekte overleden. Ondanks zijn verdriet startte hij een campagne rond kankerpreventie. Hij zorgde voor de oprichting van een eerste kankerziekenhuis in Bharatpur. Dat ziekenhuis werd bekostigd met de belasting op sigaretten waarvoor hij eerst de publieke opinie warm maakte. Hij diende trouwens lange tijd als voorzitter van de Nepalese kankerliga.
Na het verlies van zijn dochter, werd een andere dochter  voor haar hogere studies naar het buitenland gestuurd die op deze manier  in Antwerpen terechtkwam waar ze zou studeren aan de universiteit. Een jong meisje in een vreemd land (en zeker als dochter van een invloedrijke vader), moest met goede zorgen omringd worden. Zo werd een medewerkster bij de Nepalese ambassade in Brussel maar die zelf in Antwerpen woonde, aangesproken of ze tijdelijk Susan (zo heet de dochter in kwestie) in huis wou opnemen. En zo geschiedde. De medewerkster in kwestie was de tante van mijn echtgenoot. Op deze manier werd Susan ook deel van onze familie. Er werd dan ook regelmatig naar Nepal afgereisd door oom en tante. En aangezien ik al van kindsbeen af de wereld rondreisde, werd mij meermaals de vraag gesteld  eens met hen mee te gaan. Maar zoals het leven gaat, kwam het er nooit van. Ofwel had ik al iets anders vastgelegd ofwel paste de datum niet.
Dertig jaar lang werd Nepal de lucht ingeprezen als dat unieke Himalaya land. Dertig jaar lang bleef Nepal voor mij onontgonnen terrein. En nu twee jaar na het overlijden van tante Mariette en meer dan tien jaar na het overlijden van nonkel Omer, staat Nepal eindelijk op de planning en reis ik af naar het geboorteland van Susan, maar ook  van … Boeddha. Benieuwd of het mij ook zo zal begeesteren zoals dat destijds nonkel Omer en tante Mariëtte overkwam …

Reacties