Dag 1 - Een bijzonder man
Nog elke dag kijkt hij neer op ons, zittend op een terras in het toenmalige
Leopoldstad. Niet letterlijk of figuurlijk maar vanop een foto die van ergens uit
de jaren vijftig dateert. Met de tijd vervaagt de foto, en de herinneringen aan
mijn grootvader ook…
Het is dit jaar veertig jaar geleden dat hij op 72-jarige leeftijd
overleed. Veertig jaar dat ik het zonder zijn aanwezigheid, zonder zijn verhalen moet
stellen.
Ik was veertien toen hij stierf,
dus onze tijd samen was beperkt. Toch brachten wij wekelijks uren samen door. Onze
ouders werkten beiden fulltime en hadden daarnaast ook heel wat sociale verplichtingen.
Onze bompa ving ons zo goed mogelijk op. Daarnaast had hij ook nog de zorg van onze dementerende grootmoeder en de zorg
van onze zwaar zieke tante.
Theo G.M. Van Aken was dan ook een bijzonder man.
Hij werd geboren in 1911 in Heindonk (nu deelgemeente van Willebroek) als oudste
en enige zoon van een gezin met vijf
kinderen. Zijn vader, onze overgrootvader, was niet onbemiddeld dankzij hard werken op zijn landerijen.
Die welgesteldheid zorgde ervoor dat alle kinderen, inclusief de dochters, konden
studeren, iets wat destijds (eind jaren twintig en dertig van de vorige eeuw)
niet zo evident was. Bovendien studeerden zij in het Frans aan de andere kant
van de taalgrens en verbleven daar op internaat. Alle vijf studeerden ze voor
onderwijzer(es).
Maar daar bleef het niet bij voor mijn grootvader. Hij deelde met zijn
vader ook een absolute liefde voor muziek. Jarenlang zouden ze beiden enkele
avonden per week te voet van Willebroek naar Mechelen stappen zodat hij piano kon studeren
aan het gerenommeerde Lemmens Instituut. Hij speelde niet alleen piano als
hobby maar verdiende ook bij als pianoleraar. Zijn gewone dagtaak bracht hij gedurende
meer dan dertig jaar door als leraar in
de school waar ook wij lagere school liepen. Niet enkel als leerkracht, maar
later ook als directeur ad interim. De leerlingen
van destijds houden goede herinneringen over aan mijnheer Van Aken.
Mijn grootvader had niet alleen een burgerlijk leven. Het was destijds de
gewoonte, in kringen met een bepaalde sociale status, als oudste zoon ook een
militaire carrière na te streven. En zo gebeurde. De militaire school zat er
niet in gezien zijn dagelijkse job maar hij schopte het toch tot
kapitein-commandant, het hoogst haalbare zonder militaire school te volgen. Hij
werd ingelijfd bij de reservisten, zodat hij daarnaast ook voor de klas kon blijven staan.
Tijdens zijn dienst gebeurde in 1940 wat iedereen vreesde : een tweede
wereldoorlog.
Het Zesde Linie was één van de infanterieregimenten die België verdedigden.
Onze Belgische strijdkrachten waren uiteraard niet opgewassen tegen de
stormloop van het Duitse leger en na enkele dagen gaf België zich over.
Soldaten en onderofficieren werden vrijgelaten maar de officieren, waaronder
mijn grootvader, werden op transport naar Duitsland gezet om daar een
krijgsgevangenschap uit te zitten. In november 1940 werd mijn mama geboren …
terwijl bompa ver weg in een kamp zat.
Na deze moeilijke periode keerde hij terug naar zijn burgerleven, maar
bleef toch ook actief als reservist van het Belgische leger. In die capaciteit
werd hij nog een paar maal voor militaire opdrachten naar het buitenland
gezonden. Zo ook in de woelige jaren vijftig naar onze toenmalige kolonie
Belgisch Congo.
Over de gebeurtenissen van de oorlog wilde hij nooit spreken, maar over zijn
avonturen in Congo des te meer. Aanleiding daarvoor was meestal een malaria-aanval
die hij af en toe kreeg. Tja, eens dat in je lijf zit …
Het zijn die verhalen die mijn jeugd kleurden. Toen al hoopte ik ooit naar Congo te kunnen gaan en het land met mijn eigen ogen te kunnen ontdekken.
Het zijn die verhalen die mijn jeugd kleurden. Toen al hoopte ik ooit naar Congo te kunnen gaan en het land met mijn eigen ogen te kunnen ontdekken.
Die droom kreeg nog meer vorm telkens ik de doos met zijn foto’s uit Congo
openmaakte. Thuis kon ik uren op de trap zitten, kijkend naar deze foto’s en
mijn fantasie de vrije loop laten. Jammer genoeg verdween die doos na het overlijden van mijn
moeder bij het leegmaken van het huis. Gelukkig zaten toch enkele foto’s in
albums en werden zo enkele herinneringen gered.
Veertig jaar na zijn overlijden, lijkt me een reis naar Congo een mooie
manier om hem te gedenken. Eindelijk is het land veilig genoeg om er als Belg
naartoe te reizen.
Deze dagen worden een eerste kennismaking met het land, een kennismaking
met Kinshasa en omgeving.
Maar vooral een pelgrimstocht naar mijn verleden en naar de herinneringen
aan mijn grootvader.
❤️❤️❤️
BeantwoordenVerwijderen