Dag 3 - Het koninklijke Abu Dhabi



We schrijven tweede helft 18de eeuw. Twee jagers zijn op zoek naar eten voor hun hongerige magen. De tocht verloopt weinig succesvol, hun water geraakt ook stilletjes aan op
door de hitte van de woestijn. Plotseling staan ze oog in oog met een gazelle. Eén van de jagers richt zijn pijl en boog op het dier, de andere maant zijn compagnon aan nog even te wachten. Zonder water, overleven ze hun tocht toch niet. Misschien kan het dier dat er gezond en wel uitziet, hen wel naar een waterbron leiden? En zo geschiedde... Ze volgen het dier recht naar het levensreddende heerlijke water.
De bron wordt beschermd, want wie het water heeft, heeft goud in de woestijn. Eerst wordt een toren gebouwd, wat later een fort. Het is het begin van een nederzetting onder heerschappij van het Al Nahyan geslacht, die net zoals de Al Maktoum familie uit de Bani Yas clan komt. Deze familie is vandaag nog steeds de heersende familie van Abu Dhabi. Niet alleen van het emiraat Abu Dhabi, want de emir is ook van rechtswege de president van de Verenigde Arabische Emiraten.
Het fort dat toen in de woestijn werd gebouwd rond 1770, staat er vandaag nog steeds. Het is het Qasr Hosn, meteen het oudste gebouw van de stad Abu Dhabi. Vandaag vormt het niet meer de kern van een vissersdorp zoals destijds, maar is het een vat vol geschiedenis in één van de modernste steden ter wereld.


De Al Nahyan familie is niet alleen de heersende familie van Abu Dhabi maar is meteen één van de rijkste families ter wereld, als eigenaar van het land en .... de ruwe olie.
Abu Dhabi is een verademing ten opzichte van het wolkenkrabber-geweld van Dubai. Geen gigantische blokkendoos op enkele km², maar een stad met veel groen. Met Abu Dhabi als de hoofdstad van de Verenigde Arabische Emiraten, zijn de pracht en praal echter niet ver weg. Immense paleizen op nog grotere percelen met prachtig groene tuinen voor de emir en zijn familieleden, kleurrijke ronde punten, brede boulevards waar de vele palmbomen wat koelte toewuiven ... maar er is ook hoogbouw die nu éénmaal bij een moderne stad in de Emiraten thuishoort. Die wolkenkrabbers vind je voornamelijk langs de Corniche, de belangrijkste straat van de hoofdstad. 


De gebouwen zijn misschien niet zo hoog als in Dubai, maar er zitten wel wat architecturale hoogtepunten tussen. Zo
zijn er een ‘scheve toren’, een ‘opgeplooide krant’ en de ‘ananas-gebouwen’. Wat ze aan hoogte inboeten, maken ze dubbel en dik goed door de genialiteit en inventiviteit in het ontwerp.

                                                       

Aan de waterkant, heb je een prachtig zicht op de Corniche al moet je af en toe de nevel erbij nemen.
Bij mijn vorig bezoek aan het Louvre-Abu Dhabi museum scheen 'Salvator Mundi' zich wel erg goed te verstoppen. Niemand van mijn gezelschap kon een blik opvangen van het duurste schilderij ter wereld. Het zegt genoeg over de rest van de collectie die het museum in Abu Dhabi huisvest.
Enige tijd later bleek dat niemand van ons een nieuwe bril moet of dat we gedachtenloos door het museum dwaalden. Het schilderij heeft er immers nooit gehangen. Toen het in 2017 geveild werd voor 400 miljoen dollar, was dat het duurste kunstwerk tot dan toe. Geruchten deden al snel de ronde dat de koper een Saoedische prins was, die het kunstwerk had aangekocht namens het departement van Cultuur en Toerisme van Abu Dhabi. Daarmee rees ook het vermoeden dat het kunstwerk in het Louvre-Abu Dhabi zou komen te hangen, wat later ook bevestigd werd door het museum zelf. Ondanks alle beloften en bevestigingen heeft Salvator Mundi echter nog geen plek in het museum gekregen. Meer zelfs, waar het dan wel hangt, is niet geweten.
Trouwens niet alleen de verblijfplaats van het schilderij is een mysterie, ook de eigenlijke schilder van het werk. Heel lang werd aangenomen dat het van de hand van Leonardo Da Vinci zelf zou zijn, maar daar is met de tijd flink wat twijfel over gerezen. Door de vele restauraties is het werk niet meer te authenticeren, dus zullen we nooit weten of het van de meester zelf was of van één van zijn leerlingen. Toch is, ook zonder de Salvator Mundi, het museum meer dan de moeite waard.
In 2007 werd met steun van de toenmalige Franse president Jacques Chirac, een overeenkomst gesloten tussen het Louvre in Parijs en Sjeik Abdallah Ben Zayed Al Nahyan van Abu Dhabi, waarin werd bevestigd dat het Louvre-Abu Dhabi gedurende 30 jaar (tot 2037) de naam van het wereldvermaarde museum mag gebruiken in ruil voor maar liefst één miljard dollar. Daar bovenop wordt er ook een wisselende en gevarieerde collectie kunst vanuit het Louvre in Parijs naar Abu Dhabi verzonden.
Ik hou van musea waarbij de architectuur van het gebouw even belangrijk is als de tentoonstelling zelf, zoals het Guggenheim museum in New York. Ook hier is het ontwerp van het museum een stukje kunst op zich. 


De bouw van het Louvre is opgevat als een hut in de woestijn, met een dak van
 schijnbaar opeengestapelde dadeltakken en werd ontworpen door de Fransman Jacques Noel. Het dak in de vorm van een koepel is maar liefst 180 m breed. Het museum is ook deels in het water gelegen. Het zorgt voor een rustpuntje  om  na te genieten van al dat moois binnen. Dat moois dat verschillende kunstvormen omhelst en verschillende tijdsperiodes met beroemde meesters en met nog beroemdere werken.

                       


Het Emirates Palace hotel, is het duurste hotel ter wereld wat kostprijs om het te bouwen toch betreft. De eigenaars hadden er maar liefst 3 miljard dollar voor over. Het resultaat is dan ook de bekroning van de rijkdom van de Emiraten... en een kwinkslag naar grote buur : het koninklijk paleis van Abu Dhabi. Het hotel staat statig op zijn troon op een eigen stukje baai aan de Corniche. De witte en gouden koepels glinsteren in het zonlicht en laten het water van de Perzische Golf weerkaatsen. Er zijn er maar liefst 114 waarvoor ongeveer 2.000m² bladgoud nodig was.  


Binnenin waan je je echt in een Arabisch sprookje met plafonds en muren bezet met 22-karaat goud, lusters gemaakt uit Swarovski kristal, rijkelijke versieringen en een architectuur die je van je sokken blaast. 


Wie wil er zich nu niet zich even een Arabische prinses voelen in een oogverblindend paleis en naar boven schrijden via de koninklijke trappen naar de ingang van het hotel? Ik in elk geval wel in mijn sprookje-van-één-avond ...



 

Reacties