Dag 1 - From roots to branches
Wie zijn we? Of liever wat maakt dat we geworden zijn tot wie we zijn? Zijn we het gevolg van een genetische soep ontstaan uit een toevallige ontmoeting van onze ouders? Zijn we een hoopje moleculen en chromosomen die uitgroeien tot een fysieke verschijning met een daaraan verbonden persoonlijkheid? Zijn we het bloed dat door onze aderen stroomt? Onze genen zorgen ongetwijfeld voor onze lichaamsbouw en fysieke kenmerken. Als je ouders niet boven de 1,70 m uitkomen, zal je waarschijnlijk niet als een reus door het leven gaan. Deze genen zorgen ook voor onze kleur van ogen, kleur van haar. Diepgaander zorgen deze genen ook voor het doorgeven voor eventuele defecten. Zo komen hartziekten en kankers meer voor in bepaalde families. In onze jonge jaren (ook al schelen we drie jaar in leeftijd) namen vele mensen aan dat mijn zus en ik een tweeling waren; zo erg leken we op elkaar. Nu nog, hebben we een jaartal bij de foto’s nodig om zeker te zijn wie van ons beiden erop staat. En ook al is die fysieke gelijkenis over de jaren minder geworden, toch merkt iedereen dat wij onmiskenbaar zussen zijn. We hebben nog dezelfde maniertjes, stappen gelijkaardig, als wij praten heeft iedereen het gehoord en hebben we dezelfde intense lach.
Maar toch, we hebben elk een eigen, zeer verschillend karakter. Waar komt die persoonlijkheid dan vandaan? We hebben dezelfde genen, hetzelfde bloed dat door onze aderen stroomt, we werden samen en door dezelfde ouders opgevoed. Wat maakt ons dan tot wie we zijn?
De cocktail van genen, chromosomen en opvoeding zullen ongetwijfeld bijdragen tot onze persoonlijkheid, maar toch wordt die in de loop der jaren anders gevormd. Het kan niet anders of invloeden van buiten hebben een grotere greep op ons dan we denken. We hebben elk onze eigen vriendenkring, andere klasgenootjes, beste vrienden en leerkrachten. Ongetwijfeld zorgen zij voor een beïnvloeding van ons zijn.
En dat zorgt er uiteindelijk voor dat we zijn wie we zijn. Een persoon zowel fysiek als karakterieel gevormd tot in de kruin uit onze wortels, maar vervolmaakt met een eigen persoonlijkheid, beïnvloed door de personen die ons omringen.
En die beïnvloeding kan soms verregaand zijn. Zo zie ik mezelf in mijn kleindochter Lisa. Voor de goede orde : zij is niet mijn biologische kleindochter. Toch lijken wij het meest op elkaar qua persoonlijkheid. Ze lijkt zelfs meer op mij dan op haar biologische familieleden. Ze gaat door het leven als het ware als een ‘mini-me’. Ze heeft een brede interesse sfeer (wie als vijfjarige bedenkt ooit dat hij/zij een operaster wil worden, wie als driejarige wil mee in het vliegtuig naar Vietnam) en is een gevoelige ziel die de lat hoog legt voor zichzelf.
Die beïnvloeding hoeft niet meteen te gebeuren door mensen die je dagelijks of toch regelmatig ziet.
Dat kan ook gebeuren door personen die je maar kort of toch voor een beperkte tijd fysiek in je leven hebt gehad. Het zegt natuurlijk ook veel over de intensiteit van die relatie. Zo heb ik het voorrecht gehad in mijn jeugd een aantal jaren in de Verenigde Staten door te brengen. Vooral aan mijn laatste gastgezin, denk ik nog met veel liefde terug. Als je in de schoot van een gezin leeft, zijn die personen ook een soort surrogaatvader en/of -moeder. Zij brengen op dat moment dag en nacht met je door en lachen met je mee om grappige momenten, kijken vertederd toe bij liefdevolle momenten maar troosten je ook bij intens verdriet.
Ik keerde definitief naar België terug in 1995. Vier jaar later overleed mijn papa. Als je al de jaren optelt die ik effectief in België heb doorgebracht tijdens de levensjaren van mijn vader, dan heb ik bijna langer mijn Amerikaanse surrogaatpapa gekend. Ook al ligt er al jaren een oceaan tussen ons, toch beïnvloedt hij nog dagelijks mijn leven. Misschien net omdat hij qua karakter en ook wel fysiek zo erg op mijn eigen vader lijkt. Net omdat we dezelfde waarden delen. Net omdat hij er was op cruciale momenten in mijn leven. Hij was het bijvoorbeeld die mij aanspoorde te schrijven en komende van iemand die zelf een begenadigd schrijver is, is dat een compliment. Hij was altijd laaiend enthousiast over mijn drie-maandelijkse nieuwsbrief aan de Amerikaanse families en vrienden.
Toen twaalf jaar geleden beenmergkanker bij hem werd vastgesteld, viel die initiële diagnose nog mee. De meeste patiënten blijken immers goed op de behandeling te reageren ... maar dat blijft niet zo. Daar waar de eerste chemo’s nog goed aanslaan, vermindert die effectiviteit met de jaren. Patiënten kennen een levensverwachting van nog minstens vijf jaar, dus elk jaar extra is een jaar gewonnen, een jaar waarin zich nieuwe therapieën kunnen ontwikkelen. Toen vorig jaar dat Chinees beestje de wereld in snelheid pakte, had ik niet kunnen bedenken dat net nu zijn gezondheid zo snel achteruit zou gaan. Waar eerst chemotherapieën jaren konden toegediend worden met groot succes, is dat sinds mei vorig jaar anders. De lijst aan steeds veranderende chemo’s wordt nu bijna maandelijks aangepast. Neem daar dan nog immunotherapie en een mislukte stamceltherapie bij en dan weet je het wel. Toen begin dit jaar ook zijn nieren zwaar begonnen af te zien, dacht ik maar één ding : ik wil hem nog eens zien. De voorbije jaren was mijn motto ‘och ik heb toch nog tijd, nog even iets anders doen’ ... Hoewel uitgerekend een pandemie ervoor zorgt dat je eindelijk de juiste prioriteiten kan stellen, is het ook dezelfde pandemie die je ervan weerhoudt die ook effectief uit te voeren. Toen de Amerikaanse overheid op 15 oktober besliste dat Europeanen vanaf 8 november weer rechtstreeks toegang zouden krijgen tot Amerikaans grondgebied, heb ik geen seconde getwijfeld. Met geen tijd te verliezen reis ik vandaag af naar Arizona, terug naar één van de wortels van mijn bestaan, de wortels van mijn zijn, from roots to branches.
Reacties
Een reactie posten