Dag 5 – The Green Mountains van Vermont

De voorbije dagen was de zon lief voor ons en strooide haar gouden, warme stralen over ons bij een blauwe lucht. Maar vandaag is die blauwe lucht niet te zien en hangt er een hardnekkig wolkendek boven ons. Net nu we ons naar de staat Vermont begeven, de staat waar we hoopten  de Indian Summer op haar best te zien.


De frisse nachten en koele ochtenden die we al enkele dagen beleven, maken dat de chlorofyl, die zorgt voor de groene kleur van de bladeren, stopt met werken zodat andere kleurpigmenten zichtbaar worden en de bladeren in prachtige kleuren veranderen.  De boom die eerst ‘slachtoffer’ wordt, is de zogenaamde rode esdoorn. Deze esdoorn verandert in een baken van vurig rode bladeren en zorgt voor het eerste teken van de Indian Summer. Nadien volgen nog de suikeresdoorns die verkleuren in schakeringen van zonnegeel tot diep oranje. Tel daar nog de schittering van de gouden berken en de eeuwig groene naaldbomen bij en je krijgt een bont schilderspalet. Het is deze variëteit aan loof- en naaldbomen die Vermont zo aantrekkelijk maakt tijdens de herfst en dus ook voor de Indian Summer liefhebber. De naam Indian Summer heeft trouwens wel degelijk met de indianen te maken. Dit volk leefde op het ritme van de natuur en niet zoals wij volgens de kalender, en wist dat wanneer de bladeren begonnen te verkleuren het laatste stukje van de zomer begon en de lange, donkere, koude winter in aantocht was. En ook vandaag hoopten we op één van die prachtige prille herfstdagen, waarbij we in de vroege uren nog koude lucht door onze longen jagen, waarna het zonnetje de temperaturen opstookt tot heerlijke hoogte en we onze truien en jassen pas in de avondlijke uren terugzien wanneer een kille bries en koude zich meester maken van New England. Maar vandaag zit het ons niet mee: donker weer en dikke grijze dreigende wolken zijn de baas vandaag.
Onze eerst stop is de hoofdstad van Vermont: Montpelier. Het capitool is vrij te bezoeken.


Zodra we weer buitenkomen vallen de eerste regendruppels. Dat wordt niet echt genieten van onze roadtrip vandaag. Vol verwachting had ik uitgekeken naar Stowe. Een lieflijk en typisch New England dorpje en een bekend en populair skioord. Een beetje alpengevoel in de Green Mountains. Spontaan barst ik dan ook in ‘The Sound of Music’ uit. Niet omdat ik alpenweiden of edelweiss in mijn ooghoeken ontwaar, maar wel door het feit dat de familie Von Trapp na hun gewaagde ontsnapping uit Nazi Oostenrijk hier een nieuwe thuis vond. Hun Von Trapp Family lodge ligt hoog in de bergen en is één van de populairste hotels in de streek. Van die prachtige omliggende bergen is er momenteel weinig te zien. Grijsheid is troef en regen een feit. Bij zonneschijn zal dit dorp ongetwijfeld een plaatje zijn.
De kerk ligt statig in het midden van de hoofdstraat.


Zo’n typische witte houten New England kerk met een hoge, spitse toren. Je vindt ze met dertien in een dozijn maar ze zijn zo pittoresk. Tel daar dan nog die gekleurde houten huizen en winkels bij, en je hebt de perfecte mix voor een klassiek New England dorp. 
Houtkap is in New England één van de belangrijkste industrieën. New England is dan ook één gigantisch bos, bomen in overvloed. Een houten huis is dan ook een goedkopere oplossing dan een stenen huis en bovendien isoleert hout veel beter dan steen. Vandaar de populariteit in deze streek. Bovendien geven al die gekleurde gevels, op zichzelf en samen als bonte verzameling, het dorp zijn karakter en een bepaalde charme. De charme van Stowe ligt ook in het omliggende gebergte, nu waarschijnlijk getooid in prachtige herfstkleuren. In dat gebergte bevinden zich ook veel suikeresdoorns. De fameuze ahornsiroop is dan ook één van de belangrijkste producten van Vermont. Ahornsiroop komt met een prijskaartje. Want om één liter siroop te bekomen, heb je 40 liter sap nodig, dat tijdens de  eerste lentemaanden met nog koude nachten, maar aangename dagen, wanneer de eerste blaadjes beginnen te ontluiken en de sapstroom op gang komt, via taps verzameld wordt. Per boom is de opbrengst één liter ahornsiroop.  Maar hij is oh zo lekker en vooral een gezond alternatief voor onze geraffineerde suiker.

Ben Cohen en Jerry Greenfield waren twee vrienden uit New York die op een dag in 1978 het lumineuze idee hadden een afstandscursus roomijs aan de universiteit van Penn State te volgen. Kost van de cursus : een duizelingwekkende 5 dollar. Met eigen middelen en deels ingezameld en geleend geld, kochten ze een jaar later een oud tankstation in de stad Burlington en renoveerden het tot een ijssalon voor 12.000 dollar. Het was ook hun enige investering.  Ben & Jerry’s was geboren.  In 1979 vierden ze hun éénjarig bestaan met een groot feest : een gratis hoorntje voor iedere klant. Die traditie vindt tot op heden nog steeds plaats in elke Ben & Jerry’s wereldwijd. Enig verschil : om het verrassingseffect te maximaliseren en te vermijden dat iedereen, een gratis ijsje komt halen, valt de ‘free cone day’ op een willekeurige, vooraf niet aangekondigde dag. Roomijs maken konden en kunnen onze vrienden als de beste. Ze gebruiken de volle room en melk van de plaatselijke boeren uit Vermont. Lokale, natuurlijke en eerlijke producten zijn heel belangrijk en voor hen ook een princiepskwestie. De zwart-witte Hogsteinkoe werd het symbool en is tot op vandaag nog steeds terug te vinden op de verpakking.  Ben Cohen lijdt aan anosmie, de onmogelijkheid om te ruiken of te proeven. Om toch te kunnen genieten en ‘proeven’, gebruikt hij zelf verschillende structuren in zijn eten. En die structuren, de zogenaamde ‘chunks’,  werden de basis van hun wereldberoemd roomijs : ijs met allerhande ‘stukjes’ in.



Het eenvoudige vanille of chocolade ijs is ondertussen vervangen door unieke combinaties en dito smaken en bijhorende hippe namen.  Wat dacht je van de strawberry cheesecake,  chocolate fudge brownie, chunky monkey, half baked en de populairste van allemaal en mijn absolute favoriet : cookie dough. Ze veroverden er de wereld mee. De eerste franchise winkel  werd geopend in 1981 en in 1983 werd de grootste sundae ter wereld gemaakt met Ben & Jerry’s roomijs. En vanaf dan ging het snel. Het ijs werd ook in de halve liter verpakkingen aangeboden in winkels, supermarkten en benzinestations en vond ondertussen ook zijn weg naar de Belgische winkels. Van het originele ijssalon op de hoek van St. Paul Street en College Street staat tegenwoordig niets meer recht. Het werd afgebroken om er een parking aan te leggen. Enkel een plaquette herinnert nog aan het eerste succes. Gelukkig werd inmiddels een nieuw ijssalon op de hoek van Cherrry Street en Church Street, enkele straten verder, opgericht.


Daar kan je nog steeds je bolletje ijs snoepen of meenemen. Ondertussen werd Ben & Jerry’ s opgekocht door Unilever. Verkochten onze principiële vrienden hun ziel aan de duivel? Misschien wel. Toch staat in de verkoopovereenkomst dat er niets veranderd mag worden, ook de naam niet, en verkregen ze de eeuwige belofte dat 10% van de opbrengst nog steeds naar goede doelen gaat.


De productie vindt ondertussen plaats in de Ben & Jerry’s fabriek gelegen op de weg tussen Stowe en Burlington die ook bezocht kan worden.  Je leert er alles over roomijs maken en met wat geluk mag je ook al eens proeven van nieuwe smaken. Toch hoef je niet helemaal naar Vermont te reizen om een  Ben & Jerry’s ijsje te proeven.  Als je eens een Ben & Jerry’s  ijssalon passeert, stap dan eens binnen. Misschien is het wel ‘free cone day’.

Alhoewel Ben & Jerry’s Burlington op de kaart zette, was deze stad daarvoor al een populaire plaats. Eén van de oudste universiteiten van het land, de University van Vermont, is hier gelegen. Meer dan de helft van de inwoners is ofwel student of werkt aan de universiteit. De stad is gelegen aan de rand van het charmante Lake Champlain. Je kan een boottochtje maken op het gigantische meer dat wegens zijn afmetingen soms ook wel het zesde van de Grote Meren wordt genoemd of je kan de stad te voet verkennen. Er is een klein centrum met een gezellige autovrije winkelstraat met leuke terrasjes, lekkere restaurants en een verscheidenheid aan winkels in prachtige panden.


Reacties