Dag 3 - Jerash, een Romeinse triomf
Umm Qais ligt in het uiterste noorden van Jordanië. De
stad werd in 3de eeuw VC gesticht, maar beleefde zijn hoogdagen
onder het bewind van de Romeinse keizer Trajanus. Tijdens de Byzantijnse
periode was Umm Qais de bisschopszetel. Je kan niet naast de overblijvende
zuilen opgetrokken in basalt kijken, restanten van de achthoekige Byzantijnse
kerk. Naast dit overblijfsel bevindt zich het nog steeds magnifieke
amfitheater.
Of de basaltsteen aangenaam voor het zitvlak was, weet ik niet,
maar de akoestiek moet geweldig zijn geweest en de uitzichten ongeëvenaard.
Wat
dacht je van een ongestoord zicht op het Meer van Galilea of Meer van Tiberias
zoals je wil. Het meer speelt in de Bijbel een belangrijke rol want het leven
van Jezus speelt zich min of meer af in de vissersdorpen errond. Het was ook de
plaats waar Jezus over water zou hebben gelopen.
En wat dacht je van een verbluffend
zicht op de nabijgelegen Golan hoogtes, sinds 1981 geannexeerd door Israël.
Deze annexatie wordt echter internationaal niet erkend, vandaar dat wij op
slechts enkele stappen van Syrië staan. Vanop deze plaats heb je dus zicht op
Israël (aan de overkant van het meer), Syrië (de Golanhoogtes) en daarachter duiken
de bergen van Libanon op. Als je ooit wijs wil geraken uit de situatie in het
Midden-Oosten is dit in elk geval een goed begin.
De hippodroom ligt er vandaag verlaten bij, enkele
toeristen uitgezonderd. Meer dan 1.000 jaar nadat het laatste paard hier zijn
rondjes rende, is het moeilijk zich de gigantische renbaan voor te stellen. 15.000
toeschouwers, zoveel volk bezocht tijdens de hoogdagen van Jerash de
paardenrennen. Paarden, koetsen en menners raceten op het scherp van de snee
terwijl wielen kraakten, bochten scherp werden afgesneden, het geluid van metaal op metaal weerklonk en paarden zich
flitsend naar de finishlijn haastten. Hoeveel Ben Hur’s hebben hier het beste
van zichzelf en van het paard gegeven tot vermaak van de vele toeschouwers?
Vandaag blijven enkel het vertrek- en aankomsthek over en een stukje van wat
ooit de tribune was van waarop paard en menner werden aangemoedigd.
Keizer Hadrianus keek tijdens zijn bezoek aan de stad toe
vanaf de keizerlijke tribune, maar die bestaat nog enkel in onze fantasie.
Het bezoek van keizer Hadrianus werd trouwens vereeuwigd
in de prachtige triomfboog uit het jaar 129 die de toegang tot Jerash siert.
Jerash wordt algemeen beschouwd als de best bewaarde
Romeinse stad in het Midden Oosten. Als ik via de eigenlijke toegangspoort de
site betreed, geloof ik onmiddellijk dat Jerash of Gerasa zoals de stad toen
heette, ook één van de mooiste en rijkste steden destijds was. Want de
toegangspoort schittert al even hard als de triomfboog.
De weg leidt naar het
ovale forum dat omzoomd wordt door prachtige zuilen. Het forum heeft enorme
afmetingen en wat ook meteen opvalt is het gebruik van zowel Dorische als Ionische
elementen.
De stad werd immers door de Grieken ontworpen maar uiteindelijk door
de Romeinen verder ontwikkeld. Het forum dat gebruikt werd voor feesten,
vergaderingen en als handelsplaats, wordt gedomineerd door de tempel van Zeus
gebouwd op de restanten van een Grieks heiligdom.
Naast de tempel ligt het
zuidelijke theater dat plaats biedt aan 5.000 toeschouwers. Het is grandioos
bewaard gebleven en beschikt over een schitterende akoestiek, getuige de vele
optredens die 2.000 jaar na datum hier nog steeds plaatsvinden.
Op de Cardo Maximus moet je niet langer opletten voor
paard en kar maar nog wel voor de karrensporen die destijds als diepe groeven
getrokken werden in de straatstenen. Ik flaneer langs de 700 m lange
hoofdstraat waar destijds de winkels en marktkramen gevestigd waren met een
groots assortiment aan goederen die de stad internationaal beroemd maakten.
Jerash was immers een belangrijke stad en
beschikte zo over de aanvoer van exotische goederen dankzij de karavaanroute.
Ik kan bijna de specerijen uit India en
de wierrook uit het zuiden van het Arabische schiereiland ruiken, ik vraag mij
af hoe het ivoor uit Afrika of de parels uit de Rode Zee werden uitgestald in
de winkels.
Langs de Cardo ligt niet enkel een nog resterende
indrukwekkende zuilengalerij maar ook het Nymphaeum, een grootse en destijds
vooral verkwikkende fontein waarbij het water bovenaan uit leeuwenkoppen naar
beneden stroomde.
Oh wat klinkt dat heerlijk bij deze momenteel zeer zomerse
temperaturen, even de voetjes en handen verfrissen. Eén probleem : het water
verdween met de bewoners. Iets verderop ligt een monumentale poort en trap die
naar de tempel van Artemis leiden. Oppergod Zeus heeft meestal de grootste tempel,
maar niet hier. De tempel van zijn dochter Artemis, tevens beschermvrouw van de
stad, ligt hoog boven op een heuvel.
Vanwege de grootte is het het
belangrijkste gebouw van de stad. De fraaie Korintische zuilen die als een
blokkendoos op elkaar lijken gestapeld, laten het archeologebloed sneller door
mijn aders stromen. Wat een meesters hebben hier aan de bouw van de stad
meegewerkt. Kunstenaars, de besten in hun vak, die van elk gebouw en van elke
zuil en elke boog een schittering voor het oog maakten. Maar van het ooit
bloeiende Jerash met zijn oogverblindende tempels, gigantische forum, oneindige
zuilengalerijen en perfect gebouwde theaters, rest nu nog een archeologische
site. Dat komt gedeeltelijk door enkele zware aardbevingen en klimatologische omstandigheden,
vernielingen en leegstand, maar ook door de komst na de Grieken en Romeinen,
van de Byzantijnen. Met de stenen van de tempels bouwden zij kerken. Dus ook
een ‘kathedraal’ en verschillende overblijfselen van kerken en bijhorende
mozaïeken zijn hier te vinden. Jarenlang lag de stad verborgen onder een laag
zand tot in 1806 een Duitse archeoloog de stad blootlegde. Laagje per laagje
kwam het oude Gerasa tevoorschijn. En dat oude Gerasa is nog steeds een trotse
Romeinse stad die ons 2.000 jaar terug de geschiedenis in katapulteerde. En ik
zag dat het goed was.
Reacties
Een reactie posten