Dag 1 – Het verloren symbool

De boeken van Dan Brown moeten zowat mijn favoriete lectuur zijn. Ik hou van de stijl van Dan Brown : een spannend verhaal met een fameuze geschiedenisles erbovenop. Persoonlijk vind ik zijn beste boek ‘Het Verloren Symbool’ dat zich afspeelt in de Amerikaanse hoofdstad Washington DC. Intrigerend toch hoe hij één van de legendes van de Vrijmetselarij verweeft met die prachtige gebouwen in de stad.
Na de onafhankelijkheidsoorlog van de koloniën tegen Groot-Brittannië en Frankrijk, moest het nieuwe land dat 13 staten verenigde, uiteraard een hoofdstad krijgen.
Die stad werd genoemd naar de opperbevelhebber van de koloniën, tevens één van de  ‘Founding Fathers’, en eerste president van de Verenigde Staten, generaal George Washington. Zij ligt dan ook niet toevallig in de buurt van Mount Vernon, de thuisbasis van Uncle George.
Washington DC (District of Columbia), of simpelweg DC, ligt op neutraal gebied, m.a.w. het ligt niet in één van de 50 staten van de VS. Dit is om te vermijden dat een staat invloed zou kunnen uitoefenen op de hoofdstad. Dat betekent ook dat de inwoners van de hoofdstad geen afvaardiging hebben in het Congres, dat de staten vertegenwoordigt. Ze stemmen enkel bij de presidentsverkiezingen.
Washington DC is het epicentrum van de politieke macht, niet alleen van de Amerikaanse, maar bij uitbreiding van de wereld. De Amerikaanse president is immers één van de machtigste personen ter wereld. En die macht vertaalt zich dan ook in machtige en krachtige gebouwen. Bijna dagelijks zien we wel één of andere televisiecorrespondent live verslag uitbrengt, staande voor het Witte Huis of voor het Capitool. 


Niet verwonderlijk dus dat Washington DC ook vaak het decor vormt van heel wat speelfilms en series.
Wat voor mij wel verwonderlijk is,  is dat ‘Het Verloren Symbool’ nog niet verfilmd werd. Waar alle andere boeken van Dan Brown met professor Langdon al verfilmd werden, wordt de verfilming van dit boek voorlopig in de ijskast gezet. Die andere films spelen zich natuurlijk af in o.a. het Vaticaan, Rome, Parijs, Firenze, Venetië en Istanbul, ongetwijfeld de droom van elke regisseur en cinematografisch de perfecte omgeving,  maar er zijn slechtere locaties dan Washington DC als achtergrond.
In afwachting dat Ron Howard toch tot de verfilming overgaat en hij Tom Hanks nog eens kan overhalen om in de rol van professor Langdon te kruipen, scout ik al voor de film en zoek ik al die plekjes op die Dan Brown zo prachtig beschreef in zijn boek (en meer uiteraard want er zijn zoveel andere interessante gebouwen) en die mij aanzetten voor een tweede keer naar DC te gaan, nu in het spoor van het verloren symbool.
Washington DC is een dankbare stad voor een toerist. Het is een geplande stad met alfabetische en genummerde straten die noord-zuid en oost west lopen. Avenues doorkruisen de stad diagonaal. De stad werd ontworpen door Pierre L’Enfant in opdracht van George Washington.
De Mall is het groene hart van de stad, een strook van 1,5 km tussen het Capitool en het Washington Monument en tevens het culturele hart van de stad. Hier bevinden zich immers de musea van het Smithsonian Institution. John Smithson was een Engelse wetenschapper en filantroop en tevens de onwettige zoon van de hertog van Northumberland. Hoewel hij nooit in de Verenigde Staten was geweest, wou hij zijn volledige bezit nalaten aan een organisatie ter vergroting en verspreiding van kennis. Hiermee werd uiteindelijk het Smithsonian Insitution opgericht.  


De eerste collectie bevond zich in het Smithsonian Castle, een opvallend Victoriaans gebouw in rode kleur op de Mall. Ondertussen is de gigantische collectie ondergebracht in verschillende musea en bevinden zich in het Castle nog enkel de administratieve diensten.
Het populairste museum en ook mijn topfavoriet is ongetwijfeld het National Space and Air Museum. 


Niet verwonderlijk want het museum herbergt enkele ware pareltjes. Zo hangt er al meteen in de gigantische inkomhal, ook wel de ‘Milestones of flight’ zaal genoemd,  de ‘Spirit of St. Louis’, het vliegtuig waarmee Charles Lindbergh de eerste solovlucht over de Atlantische Oceaan uitvoerde. 


Maar ook de commandomodule van Apollo 11, die de eerste mensen naar de maan bracht is hier te zien. 


Over de maan gesproken, altijd al een maansteen willen aanraken? Wel hier is je kans. Het stukje steen werd meegebracht in 1972 door de bemanning van de Apollo 17 die als laatste op de maan landde.  Er is ook de Friendship 7 waarmee John Glenn in een baan om de aarde draaide. Het is verbazingwekkend klein. Iemand met claustrofobische neigingen kan John Glenn niet geweest zijn. Naast raketten, is er ook aandacht voor de ruimtepakken waarmee onze ruimtehelden de oneindige ruimte werden ingeschoten. Zo is er een ruimtepak tentoongesteld dat nog onder het stof van de maan zit.  Hebben ze hier nog nooit gehoord dat Dash witter dan wit wast 😉? Maar er is ook een ruimtepak tentoongesteld dat door NASA gebruikt werd tijdens het space shuttle programma.


En daar kleeft een wel heel persoonlijk verhaal voor mij aan vast. Mijn papa was immers destijds hoofd Research&Development bij Bell Telephone aan wie door de ESA werd gevraagd een luchtventiel te ontwikkelen voor de ruimtepakken. Een bijna onooglijk klein ding, maar het belangrijkste deel van het pak,  want het ventiel moest ervoor zorgen dat de astronauten lucht kregen tijdens hun ruimtewandeling. Het resultaat van het project werd uiteindelijk door NASA gebruikt tijdens de shuttle vluchten. Ik herinner mij nog goed hoe mijn vader aan het scherm gekluisterd zat tijdens de eerste ruimtewandeling die destijds rechtstreeks werd uitgezonden. Zenuwachtig, in de hoop dat er toch niks mis zou gaan. Het werkte perfect. De eerste ruimtewandeling met zijn ventiel was een succesverhaal en het hoogtepunt in zijn carrière en terecht één van de mooiste momenten in zijn leven.
Maar er is nog meer te zien : het vliegtuig van de gebroeders Wright  bijvoorbeeld die erin slaagden boven de velden van North Carolina in de lucht te blijven.
Ik ben altijd een grotere fan geweest van American football dan van baseball. Het feit dat ik meer begrijp van de spelregels van het football heeft daar waarschijnlijk wel wat mee te maken 😊. Vandaag spelen de Washington Nationals een thuiswedstrijd tegen de Phillies uit Philadelphia.


Ik heb een schitterende zitplaats achter de dug-out van de Phillies en dus met onbelemmerd zicht op de batting plate. Het is een wedstrijd uit de Major League, zeg maar de eerste klasse van het Amerikaans honkbal. Aangezien ik slechts de grote lijnen van het spel begrijp, is het mij vooral om de sfeer te doen. De wedstrijd begint iets na 19u. En om in de sfeer te komen, beginnen we met het culinaire hoogtepunt van de dag : een hotdog, wat anders? De sfeer wordt gemaakt door meer dan 35.000 supporters die aanwezig zijn in het Nationals Park en door de stadionomroeper aan wiens enthousiasme je niet kan tippen. 


Als de eerste slagman van de Nationals, Bryce Harper, een homerun slaat bij het eerste balcontact, (een staaltje dat hij trouwens nog een keer herhaalt),  wordt het al snel duidelijk dat de wedstrijd in het voordeel van de Nationals zal uitdraaien. Het stadion ontploft. Nadat de wedstrijd halfweg meer dan een half uur wordt stilgelegd wegens de regen, maken de Nationals het vier uur na de openingsworp af : eindstand 7-3. Totale ontlading bij het thuispubliek. We krijgen maar liefst vijf homeruns in totaal te zien. Wat een spectaculaire avond in Nationals Park. Play ball….

Reacties