Dag 7 - Voetstappen in het zand

Walvisbaai is de belangrijkste zeehaven van Namibië. Hoewel Namibië in 1990 onafhankelijk werd van Zuid-Afrika, bleef Walvisbaai een Zuid-Afrikaanse enclave. Zuid-Afrika wou de natuurlijke haven niet opgeven. Pas in 1995 gaf Nelson Mandela Walvisbaai persoonlijk terug aan Namibië. De stad Walvisbaai is op zich niet interessant maar de natuur in de omgeving wel.
We beginnen deze prachtige zonnige en warme dag op het water. We maken een tochtje met de boot om zeehonden, pelikanen en hopelijk dolfijnen te observeren. We zijn nog maar net vertrokken of Nico, de zeehond springt aan boord. Hij weet dat we lekkere visjes bijhebben. Nico is drie jaar oud en dus nog een jonge zeehond. In de natuur kunnen ze tot vijfentwintig jaar oud worden. Pas op de leeftijd van vijf jaar kunnen ze paren en hebben ze enkel nog oog voor de meisjes, niet meer voor boten met vis aan boord J. We kunnen Nico van nabij observeren.


Hij kijkt met indringende ogen naar ons, wachtend op zijn visje. Zijn snorharen trillen als hij ze te zien krijgt. Dat lekkere hapje gaat er goed in. Onder zijn natte zwarte pels heeft hij bruine haren. Die haren blijven droog. Het is enkel de bovenste laag pels die nat wordt. Ondertussen zijn de pelikanen aangekomen die ook wel een lekker visje willen. Hun landing op het water is spectaculair.


Nico vindt het blijkbaar leuk aan boord en lijkt niet van plan te vertrekken. De pelikanen zijn blij met hun visje. Het zijn prachtige vogels. De kracht die van hun vleugelslag uitgaat is ongelooflijk.  Na een tijd is Nico het beu en duikt hij het water in. We zetten koers richting oestervelden. Deze zijn aangelegde oestervelden.


De weeromstandigheden hier zijn optimaal om oesters te kweken. Waar een oester er elders drie jaar overdoet om te groeien, gebeurt dit hier op slechts enkele maanden tijd. Aan het eindpunt van Walvisbaai, Pelican Point, bevindt zich een kolonie zeehonden.




Het zijn er duizenden. Ze rollebollen in het water, springen als dolfijnen eruit en spelen dat het een lieve lust is. Ze maken een oorverdovend kabaal van plezier.


Een jakhals slaat vanop de kant dit tafereel gade.  
We varen een beetje verder naar het boorplatform dat we al een tijdje gezien hadden. Hier in het beschutte Walvisbaai, worden veel reparaties aan schepen en boorplatforms gedaan. Dit boorplatform drilt normaal gezien voor de kust van Angola naar olie.


Voor de kust van Namibië zelf werd geen olie gevonden. Dan maken we plaats aan boord voor een hapje en een drankje. De fonkelwijn wordt bovengehaald, de oesters gaan open en voor de niet-liefhebbers zijn er nog samosa’s, springrolls en belegde broodjes.





Plots duikt Eddie op. Een andere zeehond. We moeten snel alles weghalen of dit loopt niet goed af. Met moeite krijgen we Eddie terug van boord. De drank en hapjes gaan vlotjes naar binnen. We toasten op een tot nu toe perfecte dag. Plotseling duiken enkele kleine schuwe dolfijnen naast ons op.


Het is een kleinere lokale soort die schuw zijn en niet uit het water komen. Dit lijken de enige dolfijnen in de buurt. We varen stilletjes aan terug richting haven als uit het niets de grotere ‘flippers’ naast de boot komen zwemmen. Het zijn er 4.


We proberen hun spoor te volgen. Het zijn snelle dieren. We halen ze in en op het moment dat iedereen wil rechtstaan om ze te fotograferen horen we en voelen we een grote klap, de boot  helt helemaal naar de rechterkant en komt dan terug horizontaal in het water te liggen. Als iedereen wat bekomen is wordt duidelijk dat we tegen een betonnen boei zijn aangevaren. De kapitein heeft nog getracht het stuur om te gooien, maar kon een impact niet meer vermijden. De boei sloeg daarop door de beweging nog eens in op het achterdek van de boot.  Het bloeden wordt gestelpt en we varen overstuur terug naar de kant. Als de boot uit het water wordt gehaald zien we een enorm gat, net boven de waterlijn. We beseffen dat dit helemaal anders had kunnen aflopen. De boot had helemaal kunnen kapseizen of er hadden mensen overboord kunnen gaan. 
Nog steeds een beetje aangedaan beginnen we meteen aan onze volgende activiteit. Met 4x4’s worden we naar Sandwich Harbour gebracht. De flamingo’s staan ons al op te wachten.


Met duizenden staan ze in het water op hun lange zwarte poten. Een prachtig schouwspel. Achter Sandwich Harbour bevindt zich een grote zee van zandduinen.


De komende uren wordt het voor ons rally rijden over de grote duinen zand. We rijden duin op en af, diepe sporen trekkend in het zand.




Soms lukt dat niet van de eerste keer. Sommige duinen hebben een hellingsgraad van meer dan 30°. Het is net Parijs –Dakar. Het kriebelt in de buik. Als in een roetsjbaan worden we heen en weer geslingerd. De krachtige 4x4’s  brengen ons met grote snelheid naar boven, blijven soms staan op de kam om dan terug naar beneden te duiken in de grote zandbak.


We mogen een eerste keer uitstappen op de kam waar de duinen verdwijnen in de zee. Het zijn geen duinen zoals bij ons. De duinen storten van grote hoogte neer (als een klif) in de Atlantische Oceaan.


Een uniek zicht. We stoppen nog een paar keer om onze voetjes in het zand te zetten. Het is echt moeilijk om maar een paar meter omhoog te klimmen op de duin. Je glijdt weg in het zand. Als de zon stilletjes aan begint te zakken wordt de ‘McDonalds geopend’.


Ook hier komt de fonkelwijn boven en krijgen we lekkere hapjes en genieten we van de prachtige uitzichten en het licht dat de ondergaande zon op de duinen laat schijnen.
Een antilope zoekt verkoeling op het nu koudere zand.
De wind wist vanavond onze voetafdrukken en bandensporen uit. Wat overblijft is een schilderij van perfect geboetseerde duinen.



Reacties