Dag 2 - De Vogelman cultus

Een kinderdroom die uitkomt, dat kom je niet elke dag tegen. Gisteren heb ik toch even een traantje moeten wegpinken toen de dreamliner van LAN de zich neerzette op de landingsbaan.  Veertig jaar gewacht op iets waarvan ik dacht dat het nooit zou gebeuren…
Een dreamliner voor mijn kinderdroom is wel toepasselijk, maar een dreamliner op Paaseiland zal je zeggen?  Het eiland is niet groot en de vorige landingsbaan was dat evenmin. Maar ten tijde van het spaceshuttle programma, heeft NASA hier een grote landingsbaan aangelegd als uitwijkmogelijkheid voor een landing van de shuttle. Paaseiland bezit daardoor een prachtige lange baan, perfect voor de dreamliner. Het vliegtuig is ook de enige mogelijkheid als toerist om hier te geraken. Met één vlucht per dag, probeert men het toerisme dan ook tot het minimum te beperken.
Het illustreert ook de isolatie van het eiland. De 5000 inwoners ontbreekt het echter aan niets. Dat is ooit anders geweest met een bevoorrading die slechts sporadisch gebeurde. Nu worden er cargo vliegtuigen gestuurd vanuit Chili voor verse voedingswaren. Al het andere, van gasflessen, over kledij tot auto’s komt via schepen. Aangezien Paaseiland niet over een haven beschikt, wordt er gelost op kleinere schepen. Benzine of gas wordt vanaf tankers via een soort pijplijnsysteem overgepompt naar het eiland.  Deze logistieke nachtmerrie zorgt er natuurlijk voor dat de prijzen op het eiland hoger liggen dan op het vasteland van Chili. En soms moet men wat geduld hebben. Op dit moment ligt er een boot te wachten om gelost te worden maar door de sterke zeestroming is dit nu even niet mogelijk. Soms moeten boten tot twee weken wachten eer ze gelost worden.
Maar  terug naar het verleden nu, het verre verleden.  Paaseiland is zoals eerder gezegd een vulkanisch eiland dat eigenlijk ontstaan is uit drie eilanden die elk gevormd werden door drie vulkanen: Terevaka, Poike en Rano Kau. Bij de laatste eruptie van de de Terevaka zorgde de uitstromende lava ervoor dat de drie eilanden met elkaar verbonden werden tot één driehoekig eiland. Het geologisch aspect is dus het gemakkelijkste aan dit verhaal. Het eiland hebben we al, nu de bewoners nog.  En daar begint al een stuk van de mystiek. Er zijn geen bronnen die voor zekerheid kunnen zorgen, dus al wat er aangenomen wordt, rust puur op archeologisch onderzoek, verhalen opgetekend door ontdekkingsreizigers en missionarissen en wetenschappelijke theorieën.  En daar beginnen dan ook natuurlijk de eerste tegenstrijdige beweringen.  Deze cultuur zal ik proberen te ontrafelen de volgende dagen.  Als ik wat warrig overkom, mijn verontschuldigen daar al voor. Maar het is dan ook een ingewikkeld verhaal en we doen onze uitstappen niet in chronologische volgorde. Eén van de grootste vraagstukken was wie de inwoners nu feitelijk waren en waar ze vandaag kwamen. Daarbij bleven twee theorieën overeind.  Na beide beweringen te hebben aanhoord, ga ik uit van de stelling die voor mij het meest logisch lijkt,  nl. dat de Rapa Nui, zoals de inwoners worden genoemd (net zoals het eiland zelf trouwens), een Polynesische achtergrond hebben. Polynesiërs komen oorspronkelijk vanuit de buurt van Taiwan afgezakt via het huidige Indonesië  en verspreidden zich verder over de verschillende eilanden in de Stille Oceaan zodra de bestaansmiddelen op waren of er overpopulatie dreigde. Zo zouden de Rapa Nui komen van de Markiezen eilanden in wat nu Frans Polynesië is. Eerst werden er verkenners gestuurd om te kijken of het eiland leefbaar was en dan volgde de rest van de bevolking. Antropologisch onderzoek van botten en ook linguïstisch bewijs hebben mij hiervan overtuigd.
De andere theorie als zouden de Rapa Nui van Zuid-Amerika gekomen zijn, de theorie die Thor Heyerdahl probeerde te bewijzen met zijn expeditie met de Kon-tiki, kan ondertussen naar de prullenmand. Er is maar één beeld op vele honderde dat gelijkenis vertoont met de Inca’s en de introductie van de aardappel kan later gebeurd zijn.
Ons eerste bezoek vandaag is aan het religieuze oord Orongo.
Polynesiërs hadden een multi-goden-ritus, verschillende goden dus. De koning werd aanzien als de man die direct afstamde van een god of er toch een bloedband mee had. Hij had veel ‘mana’, de energie die nodig was om voor voorspoed te zorgen voor de bevolking. Na honderden jaren moia cultuur, werd dit geloof afgezworen en  begon een nieuwe cultus. De verschillende goden werden  vervangen door één, de make-make, de schepper. Zo werd de vogelmancultus of Tangata Manu geboren.  
De bevolking van het eiland was steeds meer afhankelijk van het eten van de Bonte stern en de eieren van deze vogel. Dit kwam doordat het eiland overbevolkt was geworden, de landbouwgrond uitgeput en de bomen bijna allemaal waren verdwenen waardoor er geen boten meer gebouwd konden worden om te vissen.
Op grond van rotstekeningen staat vast dat de vogelmancultuur al in 1760 bestond en dat deze cultuur duurde tot zeker 1878 toen de missionarissen er een eind aan maakten. De cultuur bestond uit een competitie tussen ambitieuze voormannen van verschillende clans. Deze mannen kozen jonge, sterke mannen die er voor moesten zorgen dat zij als eerste een vogelei konden aanbieden aan de voorman. Die voorman werd dan de winnaar. De mannen moesten daarvoor een 300 m steile klif afdalen en met een primitieve kano van riet en half zwemmend naar het rotseilandje Motu Nui gaan.  


De mannen verbleven dagen en mogelijk weken op het eiland tot de vogels arriveerden. Als ze een ei vonden, maakten ze de hachelijke tocht terug, waarbij ze met het ei op het hoofd gebonden weer de 300 m hoge klif moesten opklauteren. Vaak vielen er doden door valpartijen of aanvallen van haaien. Bij aankomst overhandigde de winnaar het ei aan zijn voorman. Deze voorman verkreeg daarmee de status van geestelijk leider. Hij verbleef dan gedurende een jaar in afzondering bij de krater Rano Raraku. Hij werd de Tangata manu, de vertegenwoordiger van de scheppergod Make-Make voor het hele eiland. De ceremonie vond plaats op de zuidwestpunt, bij de nederzetting Orongo.


Deze nederzetting had waarschijnlijk alleen een rituele betekenis want er zijn geen vuurplaatsen gevonden. Mogelijk verbleven er priesters die door de bevolking van bereid voedsel werden voorzien en/of vonden er gezamenlijke maaltijden plaats die elders waren bereid.
Hier vinden we ook petrogliefen terug. Dit zijn tekeningen, uitgesneden in zacht vulkanisch gesteente met beeltenissen van de god Make-Make. Spijtig genoeg is dit zachte gesteente ten prooi gevallen aan erosie en verdwijnen de tekeningen langzaam aan.


Onze volgende stop is de site van Puna Pau in een kleine krater. Hier werden de zogenaamde ‘pukao’, de hoofddeksels van de moais (de paasbeelden) uitgesneden. Sommige beelden droegen in het verleden een pukao,  gehouwen uit een heel lichtrode vulkanische steen. De steen werd in blok versneden en pas ter plaatse in de vorm gesneden. De pukao werden los op de beelden gezet, waardoor de meeste in de loop der jaren zijn vergaan.


En tot slot bezoeken we Ahu Akivi. Mijn eerste echte moais. De beelden hier zijn de enige beelden die naar zee gericht staan.


Wat was nu de functie van deze beelden?
Ze hadden een religieuze betekenis, nl. ze beeldden de voorouders uit, diegene die veel ‘mana' hadden. Deze beelden stonden in contact met de goden. Deze beelden beschermden dus als het ware de bevolking en zorgden mee voor voorspoed. Ze waren altijd naar het dorp gericht waar ze over waakten. Hier in Ahu Akivi moet er dus nog een dorp gelegen hebben tussen de beelden en het water. Het zijn zeven beelden van middelgroot formaat, die als eerste werden gerestaureerd door William Mulloy, kwestie van klein te beginnen …


Reacties