Dag 8 – Waar Oost en West elkaar ontmoeten

Als ik deze ochtend de gordijnen open om te genieten van mijn panoramische uitzicht, zie ik dat het gestopt is met regenen maar dat er  mist komt opzetten. Ik haal snel mijn fototoestel om de dzong te fotograferen omdat de aankomende nevel een sprookjesachtige sfeer creëert.  Maar tegen de tijd dat ik terug ben, is de hele vallei al met mist gevuld. Hij raast snel voorbij en ik hoop op een opening. Met wat geduld komt die er ook en trekt de mist uiteindelijk volledig weg. 


In de verte, tussen de wolken door, zie ik sneeuw liggen op enkele bergtoppen. 

Na het ontbijt kom ik snel terug in de hoop nog enkele mooie foto’s van de prachtige omgeving van Trongsa te nemen. Ik word plots opgeschrikt door een knal en wat gerommel in de verte. Er volgt een tweede.. Is dit onweer? Blijkt dat dit gecontroleerde explosies zijn  bij de aanleg van het wegennet in de bergen. In deze buitengewone omstandigheden  moet het zware geschut af en toe eens worden ingezet.

We overnachten vanavond in Punakha, zo’n 165 km verder.
We stoppen eerst aan de Chendebji  Chorten, een stupa in Nepalese stijl te herkennen aan de ogen die erop getekend zijn. Trouwens een stupa is een bouwwerk waar religieuze boeddhistische relikwieën of gebedsteksten in bewaard worden. Er zijn stupa’s in  Nepalese, Tibetaanse of Bhutanese stijl  te vinden hier in Bhutan. Deze stupa bevat ook een lange muur van Mani-stenen. Een Mani-steen bevat een geschilderde mantra of afbeelding, meestal van een boeddha.


We steken even later de Pele-La over die zich op 3.350 m hoogte bevindt. Deze bergpas verdeelt het oosten en westen van het land. Er houdt hier een begrafenisstoet halt die op weg is naar de crematiegrond van Punakhar. De lijkwagen is versierd met gekleurde vlaggen. De mensen stappen uit hun auto’s, halen thermossen met thee en dozen met koekjes boven en de koffietafel kan beginnen. Er wordt gelachen, gegeten,  iconische verhalen opgedist, getoast op de overledene … net zoals bij ons, alleen houden wij de koffietafel  na de begrafenis/crematie…

Onderweg komen we ook de eerste yaks tegen. Deze viervoeters leven in het hooggebergte van voornamelijk Tibet en Mongolië. Rond deze tijd brengen de herders hen naar hoger gelegen plaatsen om te grazen.


In de vallei van Phobjika, bezoeken we het grootste Nyingmapa klooster van Bhutan. Dit klooster werd gesticht door Pema Trinley, de kleinzoon van Pema Lingpa, de heilige van Bumthang.


Nyingmapa is de oudste traditie van het Tibetaans boeddhisme en één van de vijf hoofdscholen. Het  is het boeddhisme van de Dalai Lama (hier de sekte van de Dalai Lama genoemd). 

Hier hebben we ook even de tijd om de adembenemende details van de decoraties te bewonderen. Want met welk een verfijndheid werden die gemaakt: delicaat schilderwerk, verfijnde gesculpteerde figuren, minutieus houtsnijwerk, prachtig uitgewerkte figuren en dat allemaal afgewerkt met een fijn gouden biesje. Buthanezen zijn echte houtkunstenaars.

Op weg naar onze overnachtingsplaats,  komen we na enkele honderden meters vast te zitten in de file. De grote vrachtwagens geraken niet voorbij de wegenwerken en moeten achteruit om de baan vrij te maken. Dit  kost ons toch zeker een uurtje. We komen toch nog op een degelijk uur aan in ons hotel dat gelegen is net voor Punakha, in het stadje Wangdue. Deze stad wordt gedomineerd door de dzong die twee jaar geleden volledig uitbrandde door een kortsluiting. Dit gebeurde spijtig genoeg op een zondag toen niemand aanwezig was. Door het grote gebruik van hout, was het natuurlijk snel amen en uit voor de dzong. Ons rest enkel de overblijfselen van wat ooit een majestueuze dzong was. 

Reacties