Dag 6 – Koningen en koninginnen

Jakar ligt in zogenaamde Bumthang vallei, waarvan gezegd wordt dat die de vorm heeft van een langwerpige waterkruik. In deze streek zou het boeddhisme door Goeroe Rinpoche geïntroduceerd zijn. Bumthang werd van dan af het verblijf van beroemde heiligen en leermeesters.

Het weer is vanmorgen volledig opgeklaard, enkel wat witte wolkjes hoog aan de hemel. We zijn in de bergen, dus het weer blijft natuurlijk onvoorspelbaar, maar het ziet er toch al stukken beter uit dan gisteren.

We starten de dag met goed nieuws. In Jakar begint vandaag een driedaags festival ter ere van Goeroe Rinpoche. Daar moeten we natuurlijk bij zijn én het is een uitstekende reden om heel ons programma overhoop te gooien. Niet alleen  brengen wij een verrassingsbezoek aan het festival, er wordt nog hoog bezoek verwacht. Immers twee van de vier koningin-moeders zullen aanwezig zijn. De vorige koning is gehuwd met vier vrouwen, zusters zelfs. Polygamie is toegestaan in Bhutan zolang je je verschillende echtgenotes maar kan onderhouden. De oudste en de jongste zus komen vandaag naar Jakar. Na het ontbijt vertrekken we direct naar de festivalweide waar de jongere koningin-moeder al op haar troon zit. 


Het is nog wachten op de andere voor de festiviteiten kunnen beginnen.  Haar vlucht uit Paro heeft blijkbaar vertraging  opgelopen zodat we maar snel beslissen eerst ons normale programma af te werken en nadien terug te komen.


De eerste tempel die we vandaag bezoeken is meteen ook de oudste. Hij heeft maar liefst twee verdiepingen.  Vooral oudere mensen komen naar hier, zelfs zij die moeilijk te been zijn. Een wandelstok brengt soelaas voor de kromgebogen oudjes. 


Ze brengen hier de dag door (nemen zelfs hun lunch mee) zodat ze hier heel de dag kunnen bidden. Dat heeft vooral met hun hoge leeftijd te maken en de schrik die erin zit dat bij hun dood, die misschien om de hoek loert, hun karma nog niet helemaal is wat het moet zijn. Je kan beter alles halen uit de tijd die je nog rest. Het voornaamste heiligdom hier is gewijd aan de Boeddha van de Toekomstige Tijden. In november vindt hier een bijzonder festival plaats, waarbij de mannen hun gezicht schilderen en naakt dansen voor de dames.

We maken een wandeling door de velden op weg naar de volgende tempel. Deze is wel hééél speciaal want hier worden de koningen verast. In tegenstelling tot die van gewone burgers wordt hun as niet in de rivier uitgestrooid, maar bewaard in een stupa. Er bevinden zich momenteel drie stupa’s, telkens één voor de drie overleden koningen. Dit voorrecht geldt enkel voor de koningen zelf. De as van de overleden koninginnen en de rest van de koninklijke familie wordt net zoals die van de gewone sterveling uitgestrooid in de rivier. Het is een prachtige tempel die eigenlijk uit drie gebouwen bestaat. Hier in dit natuurlijke kader met een dennenbos op de achtergrond en het lange gras ervoor, valt voor het eerst de mooie architectuur van de Buthanese tempels op. Wit gekalkte muren doorbroken met indrukwekkend houtwerk langs de ramen en afgeboord met rood geschilderde stroken. De tempel zelf wordt afgewerkt met een elegant, vierkanten gouden torentje.  


We genieten nog van onze verdere wandeling door de pure natuur van Bhutan, vooral dan van de rust en de stilte in dit stukje niemandsland. Een halfuurtje later leidt een hangbrug ons naar één van de meest belangrijke heiligdommen van Bhutan : de Kurjey Lhakhang dat als meditatieoord van Goeroe Rinpoche diende.

Na de lunch vertrekken we terug naar het festival dat ondertussen toch begonnen is. De oudere koningin-moeder is eindelijk aangekomen en er wordt volop gedanst. Uniek om te zien. De dansers bewegen in hun kleurrijke lange jurken en dragen angstaanjagende maskers. Er wordt in groep gedanst, terwijl anderen een solo voor hun rekening nemen. Met volle overgave brengen ze het beste van zichzelf voor zowel hunne koninklijke hoogheden, als voor de aanwezige monniken en voor ons, de toevallige toeschouwers.

Onze gastheren  weten hoe ze hun buitenlandse gasten moeten ontvangen. We krijgen een plaatsje bij de monniken onder een mooi versierde tent. Zo zijn we lekker beschut tegen de zon en zitten we op korte afstand van de koninginnen. Het festival vindt plaats in een werkelijk volmaakt kader. Mooi gekleurde bomen vormen een perfecte achtergrond van waarboven de hoger gelegen dzong van Jakar goedkeurend  toekijkt. 


Na een uurtje zetten we onze weg verder. We bezoeken eerst de dzong van Jakar die ook uit de 17de eeuw stamt. Hij heeft als bijnaam, de dzong ‘van de witte vogel’ en is eigenlijk de meest traditionele dzong die we tot nu toe gezien hebben. Nadien zetten we koers naar de nieuwste tempel van de stad, en krijgen we onze volgende verrassing. Ook hier is het feest. De monniken laten ons eerst over een brandende stapel hout springen en dan mogen we in de tempel meedoen met de rites. We krijgen bloem en water om ons ‘vanbinnen’ te reinigen, wat later thee en een maïskoekje om te eten

Spijtig genoeg moeten we het na een halfuurtje voor bekeken houden want het wordt stilaan donker en we moeten nog één bezoek afleggen. We rijden zo’n 10 km de stad uit om naar het ‘flaming lake’ te gaan. Hier zou Pema Lingpa, die de reïncarnatie van Goeroe Rinpoche zou zijn, één van de verborgen schatten van het boeddhisme gevonden hebben. Goeroe Rinpoche had die verstopt toen het boeddhisme dreigde te verdwijnen. Pema Lingpa zou met een brandende kaars in de hand in het ijskoude water zijn gesprongen om nadien weer boven te komen met een Boeddhabeeld in de hand, terwijl zijn kaars nog steeds brandde. 

Vandaag verraste Bhutan ons menigmaal. Ligt hier misschien de basis van het geluk? Alles op je laten afkomen en dankbaar de kansen nemen die op je pad komen. Ik ben in elk geval dankbaar én gelukkig na een dag zoals vandaag.

 

Reacties