Dag 2 – Ze wisten niet dat het onmogelijk was, daarom deden ze het gewoon
Vandaag starten we de dag
onder een blauwe hemel. Gelukkig maar want al onze bezoeken spelen zich buiten
af.
Na een lekker ontbijtje rijden
we eerst naar Grandcamp-Maisy, het verste punt van vandaag. Dit plaatsje ligt
tussen Utah Beach en Omaha Beach in.
De Amerikaanse sector Utah
Beach was het meest westelijke invasiestrand en werd pas op het laatst
toegevoegd. De landing onder leiding
van brigadegeneraal Theodore Roosevelt jr. , zoon van oud-president Theodore
Roosevelt, verliep hier zo goed als probleemloos. Dat kwam ironisch
genoeg omdat men een kilometer verderop landde dan voorzien en er amper
Duisters te zien waren.
Aan het einde van D-Day waren op Utah Beach
ongeveer 20.000 manschappen en 1.700 voertuigen geland, met ongeveer 700 doden
en gewonden aan geallieerde zijde. Utah Beach was het strand met de minste
verliezen.
Om dit strand te kunnen innemen, moest de
geschutbatterij van Grandcamp-Maisy worden uitgeschakeld die zowel Utah Beach
als Omaha Beach verdedigde. Niemand had ooit gedacht dat de batterij gedurende
meer dan zestig jaar na de verovering zou vergeten worden. In 2006 legde een
Britse geschiedenisliefhebber de batterij bloot. De plek is in zijn ‘ruwe’ toestand
gelaten en er zijn nog steeds opgravingen bezig
We bezoeken de bunkers en de 1,5 km loopgraven.
Met behulp van touwladders die
met mortieren omhoog geschoten waren, slaagden de mannen erin de klif op te
klimmen. Ze schakelden de Duitsers uit
en namen een strategische positie in. De lastigste periode kwam na de aanval.
De groep bleef twee dagen geïsoleerd en moest verschillende Duitse aanvallen
afslaan. Ze zaten opgesloten tussen de bunkerresten, hadden geen voedsel meer
en slechts beperkte munitie. Pas veel later arriveerden enkele versterkingen en
konden de Duitsers eindelijk teruggeslagen worden. Slechts de helft van de
soldaten overleefde de inname. Een trieste dodentol.
Vandaag ziet Pointe du Hoc,
zeventig jaar na de inname, er nog steeds uit als een maanlandschap bezaaid met
diepe kraters veroorzaakt door de bombardementen van de geallieerden.
Bunkers staan nog geheel of
gedeeltelijk recht. Er is een gedenkteken opgericht in de vorm van een naald en
is gebouwd op een schietbegeleidingspost. Vanop de bunkers heb je een goed
zicht op de kliffen. Deze Rangers wisten niet dat de inname eigenlijk onmogelijk
was, ze deden het gewoon én deden het ook.
We rijden een stuk in
oostelijke richting naar Gold Beach dat toebedeeld was aan de Britse troepen. De
hoofdtaak was de verovering van Arromanches, dat als locatie voor een
Mulberryhaven was aangewezen. De landing op Gold Beach begon om 07u25, een uur
later dan op de westelijker gelegen stranden Utah Beach en Omaha
Beach, omdat daar de vloed eerder opkwam. Als gevolg van de sterke
noordwestenwind stonden de hindernissen op het strand al onder water toen de
commando's die ze moesten opblazen, ze bereikten. De soldaten werden vanaf de
oever onder vuur genomen en konden de hindernissen niet opruimen. Van de eerste
landingsvaartuigen, beladen met tanks, voeren er twintig op mijnen waarbij ze
licht tot zwaar beschadigd raakten.
Omdat de zee nogal woelig was
werd besloten de amfibietank niet op eigen kracht naar het strand te laten
varen maar ze met de landingsboten aan wal te zetten. Daardoor waren ze niet
direct beschikbaar om het vuur te openen op de Duitse stellingen.
De Engelsen wisten door de
Duitse linies te breken, daarbij gesteund door de Hobart’s Funnies. Deze
verzameling tanks was speciaal ontworpen voor het opruimen van de hindernissen
op het strand. De belangrijkste was de Crab, een tot vlegeltank
omgebouwde Sherman tank die met op een uitschuifbare rol aangebrachte kettingen,
mijnen kon laten ontploffen en zo door
de mijnenvelden een weg baande voor de infanteristen. Tegen middernacht waren
zo’n 25.000 soldaten geland. Er vielen 413 gewonden en doden te betreuren.
De Mulberryhaven
van Arromanches-les-Bains was één van de twee Mulberryhavens die in1944 na de landing in Normandië werden
aangelegd. Deze haven bij Arromanches-les-Bains was nodig om na de invasie de geallieerde troepen
te kunnen blijven bevoorraden en groot materieel aan land te kunnen brengen.
Hiervoor was het nodig dat schepen met een grote diepgang konden aanmeren. De
bestaande zeehavens in Normandië waren moeilijk in te nemen en zouden naar
verwachting ook door de Duitsers onklaar worden gemaakt.
Met de aanleg van de tijdelijke haven werd op 7
juni 1944 gestart door het tot zinken brengen van oude oorlogsschepen. Op deze
wijze ontstond een golfbreker met een totale lengte van ca. 7 km. Hierop
volgend werden aan de zeezijde achter de gezonken schepen, zogenaamde
Phoenix-caissons tot zinken gebracht. Deze caissons waren in het geheim vooraf
al in Engeland vervaardigd en elk voorzien van een kanondek met luchtafweergeschut. In de schaduw van de
golfbreker werden uit stalen pontons opgebouwde, drijvende loskaden aangelegd,
die via bewegende bruggen verbonden werden met de stranden van Arromanches.
Deze rechthoekige pontons van beton en staal waren op vier hoeken voorzien van
30 meter lange, beweegbare, steunpilaren. Door middel van deze steunpilaren
konden de pontons de getijdebewegingen volgen en kon onafhankelijk van het
getij manschappen en materiaal ononderbroken worden gelost.
De haven bestaat niet meer, maar een deel van de caissons is voor de kust blijven liggen.
In de strijd om Gold Beach
moest ook de batterij van Longues-Sur-Mer worden uitgeschakeld. De wanden van
de batterij waren gemaakt van gewapend beton met een dikte van twee meter. De
batterij telde een vaste bemanning van 180 man.
De Duitsers hadden hun verdediging goed voorbereid. Overal onder de hoogwaterlijn lagen obstakels op het strand en sommige delen van het gebied, met name boven de hoogwaterlijn, waren voorzien van landmijnen. Bovendien bood het langzaam afhellende strand een prima schietveld voor de verdedigers die zich verschansten in bunkers bovenop de ruim dertig meter hoge kliffen. Aanvankelijk werd het gebied verdedigd door een samenraapsel van uit Polen en Rusland afkomstige troepen, maar vlak voor de invasie werden ze vervangen door de Duitse 352ste Infanteriedivisie. Deze behoorde tot de best getrainde troepen in het gebied. Toch had Omaha Beach door de verkenningen weinig geheimen of verrassingen. De inleidende bombardementen en beschietingen waren echter slordig uitgevoerd en hadden weinig schade aangericht. Van de negenentwintig Duplex Drive Sherman Tanksdie met een soort kraag om konden blijven drijven, gingen bij de landing zevenentwintig stuks verloren, waardoor de infanterie weinig vuursteun kreeg. De soldaten uit de landingsvaartuigen moesten dertig meter door ondiep water waden om het strand te bereiken. Volgens het oorlogsdagboek van de 1ste divisie waren alle officieren en sergeanten van de divisie binnen tien minuten na het neerlaten van de landingskleppen gewond of dood. De divisie had geen leiding meer en reageerde nergens meer op. Na een uur bevonden de mannen zich nog steeds op het strand, in dekking tegen hevig machinegeweervuur. Pas na de landing van brigadegeneraal Norman Cota kregen de troepen weer wat moed, en ten slotte lukte het door de Duitse linies te breken. Een van de belangrijkste missers bij de Amerikaanse aanval op Omaha Beach, was het weigeren van de ‘Funnies’ door generaal Bradley. Omaha Beach was een gigantisch slagveld. In de eerste achttien uur van de invasie, kwamen vierenhalf- tot vijfduizend man om of raakten gewond.
Boven in de duinen achter Omaha Beach bij Colleville-sur-Mer ligt een Amerikaanse begraafplaats met voornamelijk in Normandië gesneuvelde Amerikaanse soldaten. Deze
begraafplaats is in eeuwige bruikleen gegeven aan de Verenigde Staten. Hier
liggen 9.386 Amerikaanse soldaten
begraven.
Een graf met bloemen valt op, veel zijn er niet. Als ik nog wat rondwandel, zie ik van op afstand veel mensen naar zijn graf komen, nieuwsgierig naar de bloemen en het kaartje. Vanmiddag krijgt Leo veel bezoek J.
Vrede was voor hen een droom, een werkelijkheid voor
ons. Ik moet toch tot de spijtige vaststelling komen dat ook een tweede
wereldoorlog nog steeds niet geleid heeft tot vrede over heel de wereld.
Wereldvrede zal ook voor onze generatie een utopie
blijven. En ook in Europa heeft de Tweede Wereldoorlog niet geleid tot een
algemene solidariteit en unanieme eensgezindheid. De Balkan-oorlog ligt nog in
een niet zo ver verleden. En ook de eurocrisis heeft geleerd dat Europa
momenteel op twee snelheden leeft. Maar het meest onbegrijpelijke vind ik de
overwinning van extreem rechts en van neonazistische partijen tijdens de meest
recente Europese verkiezingen. Het is al te makkelijk bepaalde
bevolkingsgroepen met de vinger te wijzen als het niet goed gaat in het land. Zich superieur voelen ten opzichte van
anderen, heeft nog nooit tot iets goeds geleid…
Wie zijn verleden vergeet,
heeft geen toekomst…
Reacties
Een reactie posten