Dag 10 – De Etna neemt mijn ziel

Gisteren hebben we dubbel en dik genoten van het zwembad. Het deed goed om eens te kunnen uitrusten; niets moet, alles kan.
Blij ook om eens weg te zijn uit de chaos die Sicilië af en toe is. Sicilianen zijn mijn inziens nog meer Italiaans dan de Italianen zelf.
Blij ook dat we gekozen hadden voor een begeleide rondreis per bus. We konden ook zelf rijden met een huurauto maar dat zouden we ons zeker beklaagd hebben. Immers na een week toeren op het eiland is het duidelijk dat de Sicilianen een eigen interpretatie hebben van de wegcode. Die bestaat er voornamelijk in om  zo dicht mogelijk bij de bestemming te parkeren : dat kan op zebrapaden, het voetpad, dubbel parkeren of zelfs  trippel staan, liefst dan nog in de drukste straten van Palermo. Verder geldt het recht van de sterkste, wie er het eerst is heeft voorrang al mag men niet op een schrammetje meer of minder kijken. Geld uitgeven aan schrammen wegwerken of laten uitblutsen is de Siciliaan niet gegeven. Eén tip voor wie zich toch niet kan bedwingen : huur vooral niet een te grote auto.
Blij ook met de gekozen reis. 24% van de historische overblijfselen van Italië liggen in Sicilië. Zoals ondertussen wel duidelijk is, hebben zij veel volkeren over de vloer gekregen, maar die elk toch iets hebben achtergelaten dat bijdraagt aan de identiteit van het eiland : van de Grieken kregen ze de vijgen, olijven en wijnbouw, de Arabieren  brachten amandelen en pistachenoten mee, en de Spanjaarden leerden hen de tomaten kennen.
Toch blijf ik nog met één raadsel zitten : de Siciliaanse vrouwen zijn om ter magerst. Hoe ze dat doen met al die pasta en die dulce’s, ik begrijp het echt niet (en die eten ze al van bij het ontbijt).

Vandaag is het dan eindelijk zover en wordt een tweede poging ondernomen om de Etna te beklimmen. Hij heeft zich de voorbije dagen uitdagend opgesteld, dan weer liet hij al zijn pracht zien, om zich even later weer in wolken te hullen. 
Maar vandaag reikt hij de hand. Er zijn geen wolken te bespeuren en vol goede moed vertrekken we om 8u30 aan  de busterminal met bestemming de reffugio in Nicolosi op 1923 m hoogte, dezelfde plaats waar we de voorbije week gestrand waren.
Bij dit prachtige weer, hebben we eindelijk een zicht op de wijngaarden van de Etna, gelegen op de vulkanische terrassen. In totaal kent Sicilië 500 wijnsoorten waarvan de Etna-wijnen een groot aandeel vormen. De bus baant zich een weg door de bochten, steeds verder omhoog. De vegetatie verandert in kastanjebomen. We passeren de laatste dorpjes waar we nog de ravage zien van één van de zwaarste uitbarstingen van enkele jaren geleden die ook uitzonderlijk gepaard ging met een aardbeving.
Van ver zien we de refuggio al. We zien ook duidelijk nog de lavastroom liggen van de uitbarsting van 2001 die hele delen van dit gebied wegvaagde alsook de reffugio zelf en de kabelbaan vernietigde. Ondertussen werd er een nieuwe parking aangelegd en werden de reffugio en de kabelbaan hersteld.  
Omdat het weer nu perfect is, neem ik direct de kabelbaan naar een hoogte van 2.450 m. 
Het ritje neemt zo’n vijftien minuten in beslag.  Onder mijn voeten trekt de geliefde en gehate lava voorbij. Ik geniet in stilte van de prachtige vergezichten en kijk ongeduldig uit naar wat er me boven te wachten staat. Moeilijk te geloven trouwens dat dit in de winter ook een populair ski-gebied is.
Bij het eindstation van de kabelbaan staan de jeeps op ons te wachten. Ik kijk mijn ogen uit naar de omgeving rondom mij : het absolute niets.


Door het desolate maanlandschap gaat de weg zigzaggend verder omhoog tot we bij het allerhoogste toegankelijke punt komen, op ongeveer 3000 m hoogte. De hoogste top van de Etna bevindt zich op 3.340 m hoogte, maar na een ongeluk in 1979 waarbij negen mensen om het leven kwamen toen bij een uitbarsting grote brokken gesteente werden uitgestoten, zijn de laatste 300 m verboden terrein voor toeristen. Op deze top bevinden zich vier actieve kraters.


Een gids wacht ons op, want het is ten strengste verboden er hier zelf op uit te trekken. Op dit punt hebben we ook een mooi zicht op de topkraters. De toppen worden gehuld in een mystiek, flinterdun gordijn van rook. Deze damp bestaat voor 80% uit water, maar ook sulfur en andere gassen.  De gids neemt ons mee op een 40 minuten durende wandeling langsheen enkele kraters. Toch volgt er al meteen een waarschuwing. De Etna is de laatste dagen bijzonder actief. Zo is er bij een grote explosie 3 dagen geleden de koker van één van de topkraters ingestort. Bovendien vonden gisteren nog een aantal explosies plaats die we zelfs tot bij ons in Taormina konden horen. Toch stelt de gids ons ook meteen gerust. Lava stroomt op zo’n laag tempo naar beneden, centimeter per centimeter, dat zelfs als zij nu tot een uitbarsting zou komen, we nog alle tijd zouden hebben om foto’s van de lava te maken en nog gerust een kopje koffie kunnen drinken alvorens ons uit te voeten te maken. Met dit in gedachten starten we onze wandeling langs een aantal kraters die in het verleden voor serieuze uitbarstingen gezorgd hebben. Het eerste wat we te zien krijgen zijn de lavarestanten van de laatste uitbarsting van 27 april ll. Sindsdien was de Etna dus een poosje stil… tot nu. Vorig jaar was er serieuze activiteit met wel 39 uitbarstingen, ongeveer één om de tien dagen. De lava waar we nu op staan is ongeveer 10 m dik en werd geproduceerd bij de uitbarsting van 2002. Zelfs de berghut verdween onder deze hoop. Het waren vier kraters die zich op één lijn bevinden, die gezamenlijk uitbarstten. Tot nu toe werden deze vier kraters als niet meer actief beschouwd, maar enige tijd geleden steeg er opieuw waterdamp uit één van hen. 


Nu blijkt dat de Etna nog een laatste uitdaging voor mij in petto heeft. De gids neemt ons mee op wandel tussen deze kraters door, en we moeten  klimmen, maar ook dalen op de smalle richels. Het angstzweet breekt mij uit, ik zie enkel maar afgronden (de diepe kraters) naast mij en een smalle strook voor mij waar we ons op moeten begeven. Deze is bedekt met lava, zand, steentjes,  enz. Ik stap voorzichtig voet per voet, maar voel me zo glijden. Mensen vallen rondom mij en ik ben er echt niet gerust in.  Op dit moment mis ik mijn wandelstokken. Maar ik verman me, ik moet erdoor en als ik iets in mijn hoofd heb, zit het nergens anders. Hier neemt de Etna mijn ziel…


Veertig minuten later beland ik veilig bij het beginpunt waar de gids nog een laatste verrassing heeft : hij schraapt de bovenste laag van de oude lava  (uitbarsting 2002) weg en we mogen eens voelen. De onderlaag heeft nog altijd een temperatuur van ong. 40 à 50 graden. Bangelijk.  

Twee uur later ben ik weer beneden in de reffugio. Het is zalig in het zonnetje op het terras wanneer ik mijn pizza op eet. Aangezien ik nog wat tijd over heb, beslis ik nog een keertje naar de Silvestre krater te wandelen, die ik de eerste keer ook gedaan heb, maar nu zonder regen. Na mijn uitspattingen boven, is dit bijna kinderspel.
Om 15u verlaten we de berg der bergen, en kan ik mij niet van de gedachte ontdoen dat de Etna als een kat is die rustig ligt te spinnen, af en toe eens gromt maar dat het nu niet lang meer zal duren voor ze nog eens met haar klauw zal uithalen.

Er staat nog één ding op het programma : een kaars gaan branden in de duomo van Taormina, voor onze familie en onze vrienden, waar ze zich ook mogen bevinden in deze wereld.
De resterende dagen zullen we rustig doorbrengen in Taormina, genietend van la dolce vita. 
Oh, en voor wie er nog aan twijfelt : Sicilië is Italië op zijn meest Italiaans, de Middellandse Zee op zijn mooist, de klassieke oudheid op zijn oudst, eten op zijn lekkerst en natuurkrachten op hun hevigst.
Ciao.

Nota : de Etna barst enkele dagen na onze terugkomst thuis gewelddadig uit.

  

Reacties