Dag 12 – De paradijselijke stranden van Thailand

Tijd om het resort  echt te verkennen. En waar kan je beter beginnen dan op het strand zelf?  Een echte strandligger ben  ik niet echt, maar dat heeft vooral te maken met zand dat blijft plakken in de zonnecrème maar ook met die verduivelde zandkorrels die je later overal terugvindt in je tas, kleren, tussen je tenen... Maar we zijn in Thailand, bekend om zijn tropische stranden, zijn idyllische palmbomen.  Zo vroeg op de morgen is het al behoorlijk heet. Tot 38° wordt het vandaag. Ik weet het, we mogen niet klagen maar toch. Dan maar het water in. De Andamanse zee is lekker warm, iets te warm zelfs. Net of ik in bad stap. Toch heeft het water nog steeds een onwaarschijnlijk verfrissend effect.

Na de lunch is het tijd de verschillende zwembaden te verkennen. Het valt me op dat er hier ook veel Europese toeristen  zitten met kleine kinderen en baby’s. Ja van echte rust en stilte is hier geen sprake. Het verschil met de authenticiteit van Borneo kon niet groter zijn.

Het hoogtepunt van de dag volgt in de vooravond want ik heb een massage geboekt in het hotel. Een Thaise massage lijkt me  te veel van het goede maar een  gewone olie massage lijkt me hemels. Nog hemelser is de plaats van het gebeuren : het paradijselijke bounty strand van Khao Lak.  Ik geniet van het trek-, sleur- en kneedwerk op een houten hemelbed onder een palmboom, met de ondergaande zon op de achtergrond, een zachte bries in het aangezicht, op het ritme van de ruisende zee. 

Het leven is goed in Thailand en onder de ontspannende handgrepen van de kleine Thaise masseuse laat ik eindelijk het exclusieve karakter van Borneo los maar sluit de herinneringen in mijn hart.