Dag 9 – Goodnight Saigon
Ho Chi Minh Stad is voor de meesten nog steeds gekend als
Saigon. Meer zelfs, in Saigon hebben ze een hekel aan het woord Ho Chi Minh
Stad. Vandaar dat ik met respect voor onze gastheren van vandaag steevast de
naam Saigon gebruik. Die naam Saigon is onlosmakelijk verbonden met de
Vietnamoorlog. Niet verwonderlijk dat vandaag dan vooral in het teken staat van
die oorlog. Op zo’n 70 km ten
noordwesten van Saigon ligt Cu Chi.
Cu Chi is bekend om zijn uitgebreid
tunnelnetwerk van maar liefst 200 km dat door de Vietcong werd gebruikt om
verrassingsaanvallen uit te voeren op de vijandelijke Amerikaanse troepen
tijdens de oorlog. De tunnels lagen tot twaalf meter diep onder de grond en
waren zo’n 50 à 100 cm breed. De ondergrond bestaande uit zachte rode klei, is
uiterst geschikt voor het graven van de tunnels. De Vietcong gebruikte een al aanwezig tunnelsysteem dat
ten tijde van de onafhankelijkheidsstrijd tegen Frankrijk gebruikt werd. Dit
bestaande netwerk werd enorm uitgebreid en liep zelfs tot onder het
hoofdkwartier van het Amerikaanse leger. Dit verdere uitgraven was uiteraard
manueel werk wat ’s nachts plaatsvond.
Daarvoor werd een kettingsysteem en eenvoudige werktuigen (een klein hakje en
een mand) gebruikt: één persoon zat ondergronds en hakte het gat uit, een
tweede persoon haalde het zand naar boven en een derde voerde het zand af. Dat
werd vakkundig in de rivier Saigon gedumpt. Het ingenieus tunnelsysteem bestond
uit drie niveaus waarvan de bovenste tunnel zelfs het gewicht van een tank kon
dragen.
Tijdens ons bezoek krijgen we ook de kans om als een
echte Vietcong onder de grond te kruipen. Ondanks het feit dat de gang verbreed
en verhoogd werd, is het toch een redelijk smalle bedoening en zeker niet
geschikt voor mensen met claustrofobische neigingen en/of mensen met
rugproblemen, want je moet diep door de knieën. 20 m tunnel verder ben ik blij weer
een stukje hemel te zien. Chapeau dat men uren in die tunnels kon doorbrengen. Tot
slot van onze ‘Vietcong ervaring’ krijgen we nog een aperitiefje op z’n Vietcongs.
Jasmijn thee met een stukje maniok. Waarom maniok? Dit was zowat het enige voedsel
dat de Vietcong hadden. Immers maniok is een wortel en was niet vergiftigd door
het fameuze ‘agent orange’. ‘Agent orange’ was de bijnaam van een
oorspronkelijk herbicide voornamelijk geproduceerd door Monsanto en Dow
Chemical. De dichte begroeiing in Vietnam stelde de Vietcong in staat verrassingsaanvallen
op de Amerikanen uit te voeren en zij waren zo in het voordeel. De herbicide
werd als ontbladeringsmiddel op grote schaal door de Amerikanen gebruikt om jungles
en akkers te vernietigen. Twee vliegen in één klap. Het inzetten van ‘Agent
Orange’ werd als chemische wapenvoering
bestempeld.
De Cu Chi ervaring geeft op een beklijvende manier inzicht
in hoe het leven verliep voor de Vietcong en de geviseerde Amerikaanse
soldaten : de hel voor beiden. In een
oorlog zijn er geen winnaars….
In Saigon zelf houden we eerst halt aan het Museum van
Oorlogsherinneringen. We worden op voorhand verwittigd dat de inhoud van het
museum choquerend kan zijn. Een waarschuwing die niet voor niets wordt gegeven.
De foto’s zijn allen gemaakt door
fotografen n het kielzog van de Amerikaanse soldaten op het slagveld én
slachtveld van de oorlog. De beelden zijn zeer expliciet en raken me recht in
het hart. Het zien van geëxecuteerde mensen (waaronder vrouwen, kinderen en
baby’s) wordt mij iets teveel, zeker bij het lezen van de verhalen van de
fotografen. Verhalen die blijven hangen. Ik moet al snel naar buiten. Oorlog is
een tragedie zowel voor soldaten als burgers, voor zowel winnaars als verliezers.
Het beëindigt vroegtijdig levens en verandert dat van de overlevenden voor
altijd. Oorlog is niet mooi.
Nadien volgt een bezoek aan paleis van de Hereniging,
ooit de woning van de Franse gouverneur van Indochina en later gebruikt als het
presidentieel paleis van het toenmalige Zuid-Vietnam. We nemen hier uitgebreid
de tijd om alle zalen te bezoeken.
We nemen afscheid van Saigon met een bezoek aan de Taoïstische
Tempel van de Jadekeizer, de enige in zijn soort in heel Vietnam. Taoïsme is
niet zozeer een religie maar eerder een filosofie en gebaseerd op het yin en yang
principe. De perfecte plaats om de indrukken van de dag even af te schudden.
Want de herinneringen aan de Vietnamoorlog kruipen in je lijf, om nooit meer
weg te gaan.
Reacties
Een reactie posten