Dag 9 - Een herberg aan het einde van de wereld

Een nieuwe dag, een nieuw avontuur. We dringen steeds verder de bossen van Canada in. De bewoonde wereld is nog slechts een schim in de verte.

Vandaag gaat onze tocht langs de St. Mauricerivier. We volgen de loop van de rivier tot in Trois Rivières waar  de St. Maurice uitmondt in de St. Lawrence. Het is een zeer mooie streek met immense bossen en wel 17.500 meren. Onze route wordt één van de mooiste van Canada genoemd. Er is maar één probleem... Het regent …

De donkere wolken hangen dreigend over de prachtige herfst-getooide bomen. Ondanks de bij wijlen felle regen, is het landschap wondermooi. Ik kan echt niet beschrijven wat voor een fantastisch kleurenpalet we te zien krijgen. Ondanks het ontbreken van zonlicht, zijn de bladeren intens gekleurd in een schakering van  diepgroen, goudgeel en vuurrood. Geloof me, de verkleuring van de bladeren bij ons kan absoluut niet tippen aan wat we hier te zien krijgen. De bossen gehuld in hun herfstdeken, worden afgewisseld met indrukwekkende meren en kronkelende rivieren. Op bepaalde plaatsen hangen er nevel en mist tussen de bomen. Dit geeft de hele belevenis nog iets mystieks. Het wordt dan ook een paar uur genieten. Onze middagstop houden we aan een zogenaamde suikerhut. We zitten in de streek waar de ahornsiroop wordt geproduceerd. Ahornsiroop wordt gemaakt van het sap van de esdoorn. De productie hier in Quebec is goed voor 80% van de wereldproductie die uitgevoerd wordt naar maar liefst 32 landen. Niet verbazingwekkend gezien het grote aantal esdoorns die hier de bossen sieren. Esdoorns zorgen voor de dieprode kleur van de bossen in de herfst.  

Na de harde winters hier, in de periode van half maart tot half april, komt de sapstroom weer op gang en stroomt het sap door de bomen om de bladeren te voeden. Het zijn deze sappen die opgevangen worden door een kraantje in de stam te plaatsen en het sap op te vangen in een emmer. In grote bedrijven gebeurt dit via een soort pijplijn systeem. Geen reden tot bezorgdheid, de boom zelf houdt genoeg sap over om elk jaar te groeien en te bloeien. Een boom moet minstens 25 cm diameter hebben en is ongeveer 30 jaar oud wanneer hij voor de eerste keer afgetapt wordt. Elke boom geeft zo’n 750 liter sap per jaar. Als je weet dat je per 40 liter boomsap maar 1 liter siroop over houdt, begrijp je waarom ahornsiroop zo duur is. Het boomsap  zelf bestaat uit 95% water en 5% suiker. Het verzamelde sap wordt daarom in een verdamper geplaatst om zo het water te laten vervliegen. Wat overblijft, is die lekkere zoete donkere ahornsiroop. Door de siroop op een bepaalde temperatuur te verwarmen, bekomt men verschillende toepassingen. Op 104° verkrijgt men de siroop zoals wij die kennen, heerlijk op pannenkoeken. Verwarm je nog meer dan bekom je een soort pasta om als lekkernij op je boterham te smeren. Bij verdere verwarming krijg je toffee. Deze laatste mogen we proeven als afsluiter van ons bezoek. Deze toffee wordt normaal gemaakt bij het oogsten van het sap in de lente als de laatste sneeuw de grond nog met een witte laag bedekt. Door deze toffee op de sneeuw uit te gieten, stolt die meteen, wat een speciaal effect heeft. De sneeuw is al lang gesmolten en nieuwe nog niet op komst maar met behulp van ijs, krijgen we een plakkerige maar ook lekkere toffee op een stokje.

 


Onze eindbestemming van vandaag is ook onze finale eindbestemming van deze reis :  onze ‘herberg in het bos’. ‘Herberg aan het einde van de wereld’, zou een betere omschrijving zijn, want het is hier hopeloos zoeken naar een GSM-signaal. Heerlijk. De herberg is gelegen aan een groot meer omgeven door oneindige bossen. Je kan hier urenlang wandelen, kano varen, roeien, vissen, zwemmen. Ontstressen is hier het toverwoord. 


Er wordt al meteen een uitstap naar de voederplaats van de beren voorgesteld. We worden in een schuilhut ondergebracht nadat ons eerst de veiligheidsvoorschriften worden uitgelegd. Je weet maar nooit dat je oog in oog met een zwarte beer komt te staan. In dat geval moet je je zo klein mogelijk maken en hoofd naar beneden houden. Van geluid schrikken beren en gaan ze lopen. Het zelf op een lopen zetten is niet zo’n goed idee. Een beer kan tot 70 km per uur lopen en zit in luttele seconden in een boomtop. Ondertussen hebben een paar vossen wel de weg naar het eten gevonden en verschillende roofvogels cirkelen rond de voederplaats.

Maar nog steeds geen beer te zien. Op zich is het al geen goed teken dat we vossen zien. Want als een vos een beer in de buurt ontwaart, zal hij het op een lopen zetten. We blijven zo’n uurtje zitten wachten tot het echt donker wordt en druipen dan teleurgesteld af. Het zal niet voor vandaag zijn.

Het wordt al wat kouder en beren houden een winterslaap. Misschien hebben ze nu hun nestje al gevonden. Wist je trouwens dat vrouwtjes zwanger hun winterslaap ingaan en onbewust bevallen tijdens de winter? Als ze weer wakker worden in de lente, is dat wel eventjes schrikken. Dat is nog eens wat anders hé dan onze epidurale bevallingen.

Geen beren vandaag voor ons. Maar misschien heeft de natuur morgen nog wat verrassend moois in petto.



Reacties