Dag 5 - Het koninklijke Montreal
Mont Royal –
Montreal. De stad heeft terecht koninklijke allures al is ze slechts
kroonprinses wat grootste Franstalige stad ter wereld betreft. Daarin moet ze
de koningin van het licht laten voorgaan: Parijs. Montreal is de grootste stad
van de provincie Quebec en na Toronto de grootste stad van Canada. In heel de provincie is Frans de officiële
taal. Quebec heeft nooit aan
de onafhankelijkheidsdrang kunnen weerstaan als enige Franstalige provincie.
Het dissidente laait ook nu weer hoog op, vooral nadat bij de laatste
verkiezingen een ultra rechtse en dus pro-afscheiding partij aan de macht kwam,
zij het wel in een minderheidsregering. De vele taalproblemen in Canada,
klinken ons Belgen zo bekend in de oren. Al heeft Canada een regel die wij niet
hebben : als kind mag je enkel studeren
in de taal die je ouders officieel spreken. Spreken je ouders Frans, dan mag je
enkel naar het Franstalige middelbaar onderwijs of de universiteit.
De stad zelf ligt op het Eiland van Montreal, één van de vele eilanden nabij de samenvloeiing van de Saint Lawrencerivier en de Ottawa. Het eiland is ongeveer vijftig kilometer lang en zeventien kilometer breed.
Montreal dankt haar naam aan de Mont Royal, een heuvel van 228 m hoogte.
Wettelijk gezien mag er niets hoger gebouwd worden dan deze heuvel. De
koninklijke heuvel wordt bekroond door het Oratorie Saint-Joseph,
een enorme koepelkerk. Wat ooit begon
als een project van broeder André om in zijn vrije tijd een kapel gewijd aan St. Jozef te bouwen, groeide
uit tot een immense kerk. De zieken en gehandicapten van Montreal kwamen bij
hem bidden en algauw deden er verhalen de ronde over wonderbaarlijke
genezingen. Aangetrokken door deze verhalen kwamen vele pelgrims bidden en ontstond
de noodzaak het huidige oratorium te bouwen. Nog steeds beklimmen elk jaar zo’n
twee miljoen pelgrims de driehonderd treden naar de ingang van deze enorme kerk
… op hun knieën.
Op de top van de heuvel bevindt zich het Parc du Mont-Royal, een
uitgestrekt park dat in 1876 werd geopend. Het werd ontworpen door tuinarchitect
Frederick Law Olmsted die niet aan zijn proefstuk toe was. Hij is ook de
ontwerper van bijvoorbeeld Central Park in New York. Vanuit
het park heb je in optimale omstandigheden een wondermooi uitzicht over de
stad. Spijtig genoeg is door de
laaghangende bewolking en ietwat mistig weer ons uitzicht vandaag iets minder.
We bezoeken twee kleine eilandjes, Ile-Sainte-Hélène waar zich de Biosphere bevindt, een onderzoekscentrum waar de Grote Meren en de St. Lawrencerivier worden bestudeerd en dat zo een tweede leven kreeg na dienst te hebben gedaan als het Amerikaans paviljoen tijdens de wereldtentoonstelling van 1967 in Montreal. Om de massale bezoekersstroom voor die wereldtentoonstelling in goede banen te leiden, werd een metrosysteem aangelegd. Met al het zand en de stenen van de opgravingen, moest men ergens naartoe en zo werd het kunstmatige Ile-Notre-Dame aangelegd. Dit eiland is ons niet onbekend. Hier bevindt zich immers het autocircuit Gilles Villeuneuve, genoemd naar de Canadese F1-piloot die in 1982 tijdens de GP van België in Zolder verongelukte. Elk jaar vindt hier de F1 Grote Prijs van Canada plaats. 3-2-1 vlag naar beneden, plankgas en daar gaan we. Vroem, vroem. Laat de motoren maar brullen.
We zetten onze verkenning van Montreal verder in het oude stadsdeel. Het stadhuis uit circa 1870 werd gebouwd in Second Empire-stijl. Vanaf het balkon deed de Franse president Charles de Gaulle in 1967 zijn beroemde uitspraak 'Vive le Quebec libre’. Aan het Place d'Armes staat de Basilique Notre-Dame, de beroemdste kerk van Montreal, gebouwd in de periode 1824-1829 door architect James O'Donnell. Het rijke interieur werd later aangebracht door Victor Bourgeau. In deze basiliek huwde trouwens de Canadese nachtegaal Céline Dion met haar René. Nog een opvallend gebouw hier is het voormalige seminarie Saint-Sulpice uit 1695 dat het oudste gebouw van Montreal is. Verder staat aan het plein ook het gebouw van de New York Life Insurance uit 1889, destijds de eerste wolkenkrabber in Montreal met een duizelingwekkende acht verdiepingen.
Dan is het tijd om de ‘ondergrondse
stad’ van Montreal te ontdekken. Het is een beetje hetzelfde verhaal als in
Toronto. Een enorm complex van
ondergrondse hallen en tunnels die onder het centrum met elkaar verbonden zijn.
Het staat in Montreal ook wel bekend als de ‘ville intérieure’. In de
ondergrondse stad bevinden zich zo’n 1.600 winkels, banken, faculteiten,
hotels, restaurants, bioscopen, musea en kantoren. En alsof dat nog niet genoeg
is bevinden er zich ook zeven
metrostations, twee treinstations, een busterminal en een hockey-arena. Er zijn
meer dan 120 in- en uitgangen en de ondergrondse stad wordt dagelijks gebruikt
door zo’n 500.000 mensen, vooral om het verkeer en de strenge winters te
ontwijken. Vanwege de grootte van de ondergrondse stad noemt men Montreal soms
ook ‘twee steden in één’. Het hele complex is maar liefst 20 km lang. Niet verloren
lopen is dus de boodschap. Het blijft een geweldig systeem zo’n ondergrondse
stad, zeker als je weet dat het in Montreal in de winter tot 30° kan vriezen en
dat de zomers snikheet zijn.
Als lunch, neem
ik de specialiteit van Montreal, een bagel met zalm. Montreal staat immers bekend
om zijn lekkere bagels. Ik verlaat de ondergrondse stad aan het Dorchesterplein. Daar staat de basiliek Marie-Reine-du-Monde geïnspireerd is
op de St. Pietersbasiliek in Rome en gebouwd in de periode tussen 1870 tot 1894.
Naast een wereldtentoonstelling mocht Montreal ook nog een groots evenement organiseren : de Olympische Spelen van 1976. De Spelen waar Ivo Van Damme het goud verloor. Sportief waren de Spelen een succes met o.a. Bruce Jenner die als meest complete sporter de tienkamp won mét een wereldrecord. Er was ook een jonge gymnaste uit Roemenië die de wereld verbaasde met haar perfecte oefeningen: Nadia Comaneci kreeg maar liefst zeven maal een tien tijdens haar kampen.
Financieel en organisatorisch bleven de Spelen met een kater zitten. Zo
waren er een acuut geldtekort en
technische problemen die leidden tot een serieuze achterstand in de bouw van de
accommodatie. Het ergst was het gesteld met het olympisch
stadion zelf dat niet voltooid was bij de opening. Het ingenieuze dak en toren moesten
nog worden afgewerkt. Het uitschuifbare dak dat aangepast kon worden aan de
weersomstandigheden en zo multifunctioneel moest zijn, geraakte welgeteld één
keer open en dicht. Bij een volgende poging opende het niet meer. Het stadion biedt
plaats aan 55.000 personen maar veel dienst heeft het niet meer gedaan. Het is immers
bijna steeds te groot om voor concerten of sportwedstrijden gebruikt te worden.
Af en toe vindt er wel een wedstrijd plaats of klinkt er muziek uit de boxen,
maar het staat veelal leeg. Er vond ook nog wel eens een autoshow plaats met
bijna catastrofale gevolgen. Tijdens de beurs vielen er grote stukken beton
naar beneden. Resultaat : platgewalste Rolls Royces en de Mercedessen, maar het
had ook een mensenleven kunnen kosten.
Het olympisch
park ligt letterlijk in een park. Ondanks alle problemen met het stadion is het
nog steeds een indrukwekkend architecturaal huzarenstukje. Dat komt vooral door
zijn gigantische ronde vorm maar vooral door de ‘olympische toren’, de hoogste
hellende toren ter wereld, die sierlijk over het stadion hangt. In de basis van
de toren bevindt zich het olympisch zwembad waar in 1976 de zwemmers
vruchteloos probeerden de bovenwereldse prestatie van Mark Spitz op de vorige Spelen van 1972 te verbeteren. Naast het
stadion ligt een gigantische fietshelm, toepasselijk de voormalige vélodrome
bij nader inzien, maar nu omgevormd tot een biodome.
Men probeert nog steeds een nieuwe bestemming aan het stadion te geven. Er moet er in elk geval iets gebeuren. Een ongebruikt stadion biedt maar een troosteloze aanblik en is een blijvende herinnering aan wat ongetwijfeld het feest van de sport was, maar Montreal en bij uitbreiding Quebec, een financiële kater opleverde.
Dé specialiteit van Montreal is zonder twijfel smoked meat. Dit is een
stuk rundsvlees dat gedurende tien dagen wordt gemarineerd in achttien
verschillende kruiden en nadien gerookt tot het vlees gaar is. Voor het serveren wordt
het ook nog even gestoomd. Het wordt geserveerd tussen een witte boterham met
koolsla en frietjes.
Montreal is zo een perfecte mix van een lekkere keuken, interessante weetjes
en historische gebouwen en bijzondere plaatsen. Koninklijk dus.
Reacties
Een reactie posten